Intel verfrist het gros van zijn Xeon Scalable line-up voor servers. De prijs per kern is lager dan ooit, maar AMD blijft goedkoper, 14 nm blijft het productieproces van dienst en PCIe 4.0 blijft de grote afwezige.
Het wordt steeds duidelijker dat de Xeon Scalable line-up van Intel in de meeste gevallen niet competitief is tegen het aanbod van AMD. Dat biedt met de nieuwste generatie van Epyc-serverprocessors 7 nm-chips met PCIe 4.0-ondersteuning doe over de ganse lijn evenwaardig of zelfs beter en steevast zijn dan wat Intel momenteel in de markt zet. Intel verfrist nu zijn Xeon line-up en de invloed van AMD is zichtbaar.
Beperkte verfrissing
Eerst en vooral is de verfrissing niet meer dan dat. De nieuwe Xeon-chips blijven op Cascade Lake gebaseerde 14 nm-chips. Een nieuwe architectuur is er dus niet, al worden de chips voortaan op Intels meest geavanceerde versie van het 14 nm-proces gebakken. Dat zorgt voor hogere kloksnelheden en meer kernen op het gros van de line-up. Intel voorziet ook meer cache voor de nieuwe cpu’s. Zowel de Bronze, Silver als Gold-chips worden vernieuwd, maar van de Platinum-processors blijft Intel af.
In totaal zet Intel 18 nieuwe chips in de markt met 8 tot 24 rekenkernen. Zo is er voortaan de Intel Xeon Gold 6248R met 24 rekenkernen, 48 threads, een basiskloksnelheid van 3 GHz en een turboklokfrequentie van 4 GHz. Het opvallendst aan deze chip is de adviesprijs van 2.700 dollar. De in 2019 gelanceerde Xeon Gold 6252 heeft evenveel kernen en threads maar een veel lagere kloksnelheid met 2,1 GHz en 3,7 GHz. De chips is weliswaar iets zuiniger, maar heeft nog een adviesprijs van 3.655 dollar.
AMD’s tegenaanbod
Ter vergelijking: AMD concurreert tegen de 24 core-cpu’s van Intel met de Epyc 7402. Die heeft eveneens 48 threads, een basiskloksnelheid van 2,8 GHz met een boostfrequentie tot 3,35 GHz, en krijgt een adviesprijs van 1.850 dollar mee. Zelfs met de prijsdaling door de refresh blijft AMD dus de economisch meest aantrekkelijke keuze, al komt Intel wel in dezelfde prijsklasse terecht en is de chip waarmee we vergelijken effectief krachtiger, wat de meerprijs kan rechtvaardigen.
De refresh brengt Xeon Scalable dus meer in lijn met de realiteit. Volgens Intel bieden de chips 36 keer meer prestaties en 42 keer meer prestaties per dollar vergeleken met de eerste generatie van Xeon Scalable. Optane-ondersteuning blijft uiteraard een uniek pluspunt, al moeten we ook dat met een korrel zout nemen intussen. AMD’s Epyc-processors ondersteunen immers PCIe 4.0, en de hogere bandbreedte van die standaard maakt supersnelle opslag mogelijk. De chips van Intel houden het bij PCIe 3.0. De compatibiliteit van AMD met hardware zoals de nieuwe SSD’s van Kioxia zijn een mooie troefkaart tegenover Optane.
De prijzenoorlog tussen AMD en Intel woedt al even. Eerder nog was Intel gedwongen toe te geven dat AMD een scherper aanbod had, en moest het bestaande prijzen naar omlaag halen in een ongeziene zet die we in dit stuk analyseerden: Intel haalt Xeon-prijzen drastisch omlaag onder druk AMD