Tijdens KubeCon is (bijna) iedereen het er unaniem over eens: de toekomst van AI is cloud-native en opensource. Open modellen en infrastructuur moeten ervoor zorgen dat we AI beter begrijpen en beter gebruiken.
KubeCon dreigt op een valse noot te beginnen woensdagochtend: een korte internetpanne zorgt ervoor dat het stropt aan de registratiedesk. Na enkele minuten doet het oorstrelend geluid van badges die uit de printers rollen het beginnend gemorrel weer omslaan naar zuchten van opluchting.
Het is haasten, maar de Eiffeltoren en medewerkers die vol enthousiasme met tricolores zwaaien, gidsen ons naar de juiste zaal. Het Franse chauvinisme vindt ook zijn weg naar een internationaal gebeuren zoals KubeCon.
Tien jaar Kubernetes
Tegen dat de ochtenddebatten van start gaan, is de keynotezaal toch goed volgelopen. KubeCon viert dit jaar een speciale gebeurtenis: Kubernetes zal dit jaar in juni tien kaarsjes uitblazen. Dat wil organisator CNCF niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Prijanka Sharma, executive director van de Cloud Native Computing Foundation, kondigt met trots aan dat de conferentie dit jaar een recordopkomst kent: 12.000 mensen zijn afgezakt naar Parijs. Die mededeling alleen al lokt een daverend applaus uit in de zaal.
lees ook
Kubernetes: wat is het en waarom verovert het in snel tempo de wereld?
“Kubernetes ondersteunt vandaag overal workloads, van de cloud tot in de edge. Die uitbreidbaarheid is altijd de grote kracht geweest van Kubernetes. In die tien jaar hebben we het zien leren kruipen, wandelen en lopen. Het volgende decennium zal Kubernetes vliegen”, verkondigt de enthousiaste gastvrouw. Ook de grootsten uit de techindustrie hebben een uitnodiging voor het verjaardagsfeest gekregen: op de eerste dag alleen al worden Google, Microsoft, Intel, Nvidia, VMware en thuisspeler Mistral mee op het podium geroepen.
AI is de volgende grote verandering: het klopt niet meer op de deur, het is al deel van je interieur.
Prijanka Sharma, executive director CNCF
Tijdperk van uitbundigheid
De straalstroom die Kubernetes naar nieuwe hoogtes zal sturen, is AI. De technologiehype van het moment is ook tijdens KubeCon een steeds terugkerende rode draad. “AI is het woord van de week, je zal het overal zien of horen. Het AI-tijdperk is aangebroken”, zegt Jorge Palma van Microsoft. Palma overdrijft niet: een AI Hub is ingericht op de beursvloer waar aanwezigen de wondere wereld van artificiële intelligentie kunnen ontdekken.
Het AI-tijdperk zal er één van ‘uitbundigheid’ zijn, voorspelt Sharma. “Dit hebben we bij iedere grote verandering voor de mensheid zien gebeuren, van de uitvinding van de spoorwegen tot die van de smartphone. AI is de volgende grote verandering: het klopt niet meer op de deur, het is al deel van je interieur.”
Toch is er ook plaats voor een kritische noot over de AI-revolutie, die op menig andere conferenties als ketterij zou worden beschouwd. Sharma vraagt het publiek wie al eens een prototypeproject met AI heeft uitgeprobeerd. De handen gaan snel omhoog. Maar bij de vervolgvraag wie er ook al in geslaagd is die proefprojecten in productie te doen gaan, blijven er niet meer zoveel handen over.
“Een prototype ontwikkelen kan iedereen, maar de uitdagingen liggen in AI naar dagelijkse operaties omzetten”, verklaart Sharma de conclusie van haar rondvraag. “Veel bedrijven vrezen dat de implementatie van AI net voor hogere kosten zal zorgen. Er is nood aan standaardisatie om de interoperabiliteit van AI-systemen te verhogen.” “Kubernetes is de beste plaats om AI-modellen te draaien, maar ik denk dat we nog veel kunnen doen om het eenvoudiger te maken voor iedereen”, stemt Google-ingenieur Clayton Coleman in.
Altijd cloud-native?
Sharma heeft een duidelijk antwoord op het implementatievraagstuk: “Ontwikkelingen in AI gaan razendsnel. Cloud-native staat voor snelle ontwikkeling. Het is de enige vorm van infrastructuur die het tempo van AI nog kan volgen. Ik zie AI en cloud-native als brood en boter: ze kunnen perfect afzonderlijk bestaan, maar voeg ze samen en je krijgt een perfecte combinatie.”
Voor Kehan Salihbegovic, VP Developer Relations bij Docker, is de waarheid genuanceerder. “AI zit vandaag overal en bedrijven willen er deel van uitmaken, maar verdwalen in het ecosysteem. Veel bedrijven zijn wel tot de vaststelling gekomen dat local-only niet de beste werkwijze is, maar cloud-only is ook niet altijd ideaal. Het draait om een juiste mix te vinden tussen lokale infrastructuur met net genoeg cloud, maar ook niet te veel. Wij vinden het belangrijk om ontwikkelaars keuze te geven welke tools en platformen ze willen gebruiken.”
“Het grote voordeel is dat we met Kubernetes kunnen bouwen op een platform dat al tien jaar bestaat. Zo hoeven we niet vanaf de grond te beginnen, zoals vroeger wel het geval was. Maar de gemiddelde data scientist moet niks van Kubernetes weten. Er dringt zich de nood aan een nieuwe rol op binnen organisaties, die van de ‘AI-engineer’: iemand die platform engineers en datawetenschappers met elkaar kan verzoenen”, zegt Lachlan Evenson, Principal Program Manager van Microsoft en bestuurslid van CNCF.
Local-only is niet de beste werkwijze, maar cloud-only is ook niet altijd ideaal. Het gaat om de juiste mix vinden tussen lokale infrastructuur en net genoeg cloud, maar ook niet te veel.
Kehan Salihbegovic, VP Developer Relations Docker
AI is van iedereen
Over de vraag in welke richting AI moet evolueren, heeft iedereen op KubeCon wel zijn of haar mening. De oproep om AI-modellen open te houden, weerklinkt meermaals luid tijdens de conferentie. “De tools die we loslaten op AI zijn vandaag bijna allemaal opensource. Hoe kunnen we bouwen wat we willen als de modellen dat niet zijn?”, gooit Jeffrey Morgan van Ollama op tijdens een panelgesprek.
Deze mening zijn ook Marc Collier en Jonathan Bryce van de OpenInfra Foundation aangedaan. “Een AI-model is veel meer dan software, het omvat ook data, hoe het getraind is, hoe het tot output komt,… Veel van de bezorgdheden rond AI komen voort uit het mysterie die rond de technologie hangt. We kunnen modellen enkel begrijpen als ze openlijk ter beschikking worden gesteld. Transparantie is het sterke punt van opensource”, verduidelijkt Collier.
Bryce pikt verder in: “Het privatiseren van AI beperkt wie toegang heeft tot de modellen. Bedrijven doen dat niet per se met slechte bedoelingen, maar het kan wel slechte neveneffecten veroorzaken. De geschiedenis heeft al meermaals aangetoond dat concentratie van technologie bij enkele spelers niet werkt.”
Wilde ontwikkelingen
Collier verwacht ‘wilde ontwikkelingen’ in het domein van (generatieve) AI, met name binnen multimodale modellen. “De meest interessante modellen zullen niet tekst- of beeld-gebaseerd zijn, maar een combinatie. Video wordt de volgende grens die generatieve AI zal overbruggen. Modellen zullen steeds beter in staat zijn onze fysieke realiteit te begrijpen. Wat de impact daarvan is op ons mens en maatschappij, dat valt nu nog moeilijk te voorspellen.”
“Je bent nochtans niet slecht in voorspellingen maken”, grapt Bryce naar zijn collega. “De schoonheid van opensource ligt ergens ook in dat onvoorspelbare. Het gaat in onze gemeenschap om veel meer dan code ontwikkelen: opensource is een manier om mensen samen te brengen rond collectieve problemen en oplossingen te bedenken waar iedereen beter van wordt. Gebruikers komen vaak zelf tot de beste use cases. Daarom zal het ook bij AI van belang zijn om de technologie in zoveel mogelijk handen te stoppen.”
De geschiedenis heeft al meermaals aangetoond dat concentratie van technologie bij enkele spelers niet werkt. Stop technologie in de handen van zoveel mogelijk gebruikers en zij bedenken de beste use cases.
Jonathan Bryce, executive director OpenInfra Foundation
Na het horen van vele meningen en visies op de driehoeksverhouding tussen AI, cloud-native en opensource, zijn we toe aan frisse lucht. Onder de heerlijke Parijse lentezon laten we de woorden in onze gedachten sudderen. Kubecon zal niet de laatste conferentie zijn waar AI het hoofdthema is. De techindustrie geraakt er maar niet over uitgepraat, maar niemand die weet waar de AI-gekte zal eindigen. Over een jaar legt de opensourcewereld zijn kaarten weer op tafel.