Intel schuift zijn plannen voor een 14 nm-refresh van serverchips met Cooper Lake grotendeels opzij. Er komen enkele niche-componenten uit, maar verder is het wachten op 10 nm-cpu’s.
Cooper Lake vliegt de vergeetput in. Dat weet SemiAccurate. Intel introduceerde Cooper Lake als een late 14 nm-architectuur voor een nieuwe generatie van Xeon Scalable-chips. Verschillende recente evoluties maakten Cooper Lake echter minder relevant, waardoor Intel nu rechtstreeks op een Ice Lake-refresh van het servergamma lijkt te mikken.
De voornaamste vernieuwing van Cooper Lake is bfloat 16. Die standaard maakt het gebruik van 32 bit-cijfers in een 16 bit-formaat mogelijk. Dat gaat ten koste van een beetje nauwkeurigheid, maar niet zo veel. Bfloat 16 werd ontwikkeld voor deep learning-toepassingen, waar de mogelijkheid om met meer data tegelijkertijd te werken primeert boven absolute nauwkeurigheid.
Enkele niche-componenten
Intel vermoedt dat vooral grote datacenters op de standaard zitten te wachten, en zal daarom nog enkele Cooper Lake Xeon-chips lanceren gericht op quadsocket-implementaties. Alle single en dual-socket Cooper Lake-cpu’s worden afgevoerd.
De zet is niet onlogisch. Om te beginnen zat niemand ooit op Cooper Lake te wachten. Intel plaatste de architectuur twee jaar geleden op de roadmap om een gat te dichten. De vertraging van Ice Lake en 10 nm impliceerde immers dat de Xeon Scalable-reeks te lang op een vernieuwing moest wachten. Onder druk van AMD zag Intel zich pas genoodzaakt een grote prijsverlaging voor Xeon Scalable door te voeren, en dat deed het in combinatie met een verfrissing van het op Cascade Lake-gebaseerde portfolio. Door die architectuur op 14 nm te verfijnen, slaagde Intel er toch in enkele verbeteringen door te voeren.
Volumeproductie
Xeon Scalable is met andere woorden net vernieuwd, wat de introductie van een nieuwe 14 nm-variant minder relevant maakt. Bovendien ziet het er naar uit dat de volumeproblemen met 10 nm stilaan opgelost raken. Dat vergroot de kans dat Intel later dit jaar een 10 nm-refresh voor het serverportfolio op volume kan voorzien.
Tot slot is er nog de vraag hoe groot die volumes dan moeten zijn. De coronavirus-pandemie drukt zijn stempel op de economische situatie, waardoor de vraag naar nieuwe hardware de komende maanden op een laag pitje terecht komt. Cooper Lake moest net in die periode zo modern mogelijke onderdelen bieden die op volume beschikbaar waren. Die nood is nu een stuk kleiner geworden.
Zo valt Cooper Lake er dus tussenuit, en gaan we in principe van Cascade Lake II naar Ice Lake voor de Xeon Scalable line-up.
Lees ook: Intel verfrist Xeon line-up maar steekt AMD niet voorbij