Google wil opnieuw clouddiensten aanbieden aan het Pentagon. Daar aasde het bedrijf vroeger ook al op, maar door zorgen bij werknemers voelde Google zich eerder genoodzaakt om te stoppen met de diensten.
Google stelt zich opnieuw kandidaat om clouddiensten te leveren aan het Pentagon. Door het slechte verleden hield het technologiebedrijf dat voor lange tijd af. In 2018 probeerde Google namelijk het Project Maven-contract binnen te slepen, waardoor het bedrijf dronegegevens zou gaan verwerken op basis van machine learning. Volgens het bedrijf beperkte de betrokkenheid zich enkel tot niet-gewelddadige doeleinden.
Binnen de muren van Google stootte die zet op heel wat kritiek. Ongeveer 4.000 werknemers tekenden toen een petitie om het contract te ontbinden. Google besloot zich daarom ook maar terug te trekken. Tijdens de onderhandelingen over het JEDI-contract één jaar later, kwam de gigant niet eens opdagen.
Multicloud contract
Volgens The New York Times aast het bedrijf nu op het Joint Warfighting Cloud Capability-contract. Een woordvoerder van Google bevestigde ook dat het bedrijf een bod had uitgebracht: “We zijn vastbesloten om onze klanten in de publieke sector van dienst te zijn, waaronder de DoD, het ministerie van energie, NIH en andere overheidsinstanties, en we zullen toekomstige mogelijkheden tot samenwerking evalueren.”
Voor het cloudcontract zal Google het moeten opnemen tegen andere grote namen zoals IBM, Oracle, AWS en Microsoft. Deze laatste twee partijen vormden de centrale spilfiguren bij het JEDI-contract. Daar ging uiteindelijk Microsoft met de overwinning lopen.
In het nieuwe contract zullen beduidend minder verliezers uit de bus komen. Het Pentagon verwelkomt namelijk meerdere cloudproviders en laat deze samenwerken om clouddiensten aan het Pentagon te leveren.
Amazon en Microsoft
Beide partijen hebben in het verleden bewezen geen goede verliezer te zijn. Nadat het JEDI-contract werd toegeschreven aan Microsoft, spande Amazon een rechtszaak aan. Het bedrijf beweerde dat de keuze is gemaakt op basis van onnodige invloed, vooroordeel en druk van de president.
Bij het overheidscontract WildandStormy was het dan weer Microsoft die inging tegen de beslissing om de clouddiensten van Amazon te gebruiken. Daar ging het specifiek om de National Security Agency die zijn on-premises servers wilde vervangen door een commerciële dienst.