Ren Zhengfei, de mysterieuze oprichter van Huawei, heeft voor het eerst in vier jaar met de buitenlandse pers gesproken. Hij ontkent alle aantijgingen van spionage en is vol lof over de president van de VS.
“Ik hou van mijn land, ik steun de Communistische Partij, maar ik zal niets doen dat schade toebrengt aan de wereld.” Voor het eerst sinds 2015 staat Huawei-oprichter en miljardair Ren Zhengfei de buitenlandse pers nog eens te woord, en wat hij te zeggen heeft is op z’n zachtst gezegd interessant.
In een rondetafelgesprek in de Chinese stad Shenzhen maakt hij aan verschillende journalisten duidelijk dat zijn bedrijf zich niet bezig houdt met spionage uit opdracht van de Chinese overheid. Hij antwoordt zo in niet mis te verstane bewoordingen op beschuldigingen van de Amerikaanse president Trump, die Huawei zowel nationaal als internationaal probeert af te schilderen als een onbetrouwbare partner.
‘Grootse president Trump’
“Ik zie geen nauw verband tussen mijn eigen politieke opvattingen en de doelstellingen van Huawei”, vervolgt de 74-jarige Ren nog. Hij doet zijn best om zo positief mogelijk over de VS te spreken. Zo noemt hij Trump een “grootse president”. “Hij durft het aan om de belastingen drastisch omlaag te halen, wat goed is voor bedrijven”, vervolgt Ren. “Maar je moet wel respect hebben voor bedrijven die willen investeren in de VS, en daar belastingen betalen.” Het lijkt er op dat Ren Trump persoonlijk wil paaien. Dat kan wel eens nodig zijn, aangezien de president al te kennen gaf dat hij Huawei (en ZTE)-producten officieel wil verbieden in zijn land.
De oprichter blijft op de vlakte wat betreft een eventuele rol van de VS in de uitlevering van Meng Wanzou. Meng is naast CFO van Huawei ook de oudste dochter van Ren. Ze wordt momenteel vastgehouden in Canada en kijkt aan tegen uitlevering naar de VS op verdenking van fraude en schending van de sancties tegen Iran.
Moeilijk vaarwater
Het publieke optreden van Ren Zhengfei toont aan dat Huawei in moeilijk vaarwater zit. Het anti-Huawei-beleid van de VS laat zich voelen, met telecomproviders die plots naar andere partners kijken voor de uitrol van hun 5G-netwerken. Wat er ook van aan is, rond Huawei ontstaat stilaan de (voorlopig niet gefundeerde) perceptie van samenwerking met China. Dat Ren in zijn jonge jaren lid was van het Chinese Volksbevrijdingsleger opgericht door Mao Zedong, doet die perceptie weinig goed. Ook de werknemer van Huawei die in Polen werd opgepakt op verdenking van spionage, en intussen ontslagen is, draagt niet meteen bij aan een pro-Huawei-narratief.
Huawei is intussen volop bezig met een poging om zijn imago terug onder eigen controle te krijgen. Het Trump-effect heeft repercussies in het hele Westen en de telecomspecialist is er als de dood voor om over heel Europa lucratieve 5G-contracten te verliezen. “Huawei staat helemaal achter de consument wanneer het op beveiliging en privacy aankomt”, zegt Ren nog. Of dat genoeg zal zijn om ook ons land te overtuigen, waar het Centrum voor Cybersecurity de banden van het bedrijf met de Chinese overheid onderzoekt, is nog maar de vraag.