HPE stuurt nieuwe server de ruimte in naar het ISS

Een verbeterde versie van de Spaceborne Computer-2 vertrekt deze week naar het ISS met extra flashgeheugen om de impact van geheugen in de ruimte op lange termijn te meten.

HPE experimenteert al langer via NASA met ruimteservers en stuurde in 2017 al een eerste unit naar het International Space Station (ISS). Ondanks enkele softwareproblemen was de test succesvol, waarna in 2021 de Spaceborne Computer-2 het daglicht (en de ruimte) zag. Nu vertrekt een geüpdatete versie van deze server naar het ISS.

Het belangrijkste aan elke unit is dat het gaat om standaardcomponenten die iedereen kan bestellen. In de compacte rack zitten EdgeLine- en Proliant-servers. Initieel leverde NASA eigen inverters om het systeem AC-stroom te leveren. In 2021 werd overgeschakeld naar DC-stroom en werden hardware- en softwareconfiguraties rond RAID toegevoegd.

In de verbeterde versie van de Spaceborne Computer-2 voegt HPE nu extra flashopslag om opslag en herstel op lange termijn in de ruimte te onderzoeken. NASA wil hiermee uitzoeken wat er mogelijk is in de toekomst bij maan- en marsmissies.

lees ook

HPE viert één jaar analytics in de ruimte met Spaceborne Computer-2

Mark Fernandez, verantwoordelijke van het project, sprak met The Register.  “De Spaceborne Computer heeft het potentieel om niet alleen de gegevensverwerking in de ruimte te versnellen, maar ook de uitwisseling van gegevensinzichten tussen de aarde en de ruimte te versnellen. Ik hoop dat het extra vermogen ook de toepassing van AI en machine learning op het ISS kan versterken.”

nieuwsbrief

Abonneer je gratis op ITdaily !

  • This field is for validation purposes and should be left unchanged.
terug naar home