Intel drukt op de pauzeknop voor de bouw van een immense chipfabriek in het Duitse Maagdenburg. De processorreus wil meer subsidies.
Intel stelt de bouw van een geavanceerde chipfabriek in het Duitse Maagdenburg uit. In februari kondigde de Amerikaanse processorreus de komst van de site aan. De fabriek in Maagdenburg zou het sluitstuk zijn van 29 miljard euro aan investeringen in Europa, aangezwengeld door de European Chips Act. 17 miljard dollar werd gepland voor Maagdenburg, de rest voor faciliteiten in Ierland.
Nu laat Intel echter weten dat de bouw niet zoals gepland zal starten in midden 2023. Dat weet de Duitse krant Volksstimme. De kosten van de bouw zouden al gestegen zijn van de geraamde 17 miljard euro naar 20 miljard euro. Duitsland wilde aanvankelijk 6,8 miljard euro subsidiëren, maar dat vindt Intel nu te weinig.
Geen nieuwe datum
Een nieuwe datum voor de bouw is nog niet gepland. Of Duitsland effectief met meer centen over de brug wil komen, is evenmin duidelijk. Intel van zijn kant zegt dat er veel veranderd is sinds de aankondiging, waaronder de geopolitieke spanningen en de gedaalde vraag naar microchips.
De EU wil tegen 2030 al dat twintig procent van alle chips in de wereld op Europees grondgebied worden gefabriceerd. De plannen van Intel zijn belangrijk voor die doelstelling, al is maar de vraag hoe realistisch ze is. Ook de VS azen immers op een groot deel van de koek, terwijl het zwaartepunt vandaag nog in Azië ligt.