Intel zal niet zomaar extra subsidies krijgen om de chipfabriek in de Duitse stad Maagdenburg te bouwen en zal ook zelf meer moeten investeren.
De bouw van de fabriek in Maagdenburg, de eerste Intel-fabriek op Europees grondgebied, zal volgens de schattingen minstens twintig miljard dollar kosten. Een flink bedrag dat Intel niet bereid is om volledig uit eigen zak te betalen. De chipgigant kreeg al 6,8 miljard euro subsidies om de werken te financieren, maar Intel wil meer centen. Om een beetje druk uit te oefenen, stelt het de bouw uit tot Duitsland met het gevraagde geld over de brug komt.
Maar de Duitse overheid zal zich niet zomaar laten kennen. Volgens Financial Times zou er wel enige bereidheid zijn om extra subsidies toe te kennen, op voorwaarde dat Intel dan ook zijn spaarpotje vergroot. Intel beloofde in 2022 29 miljard dollar ter investeren in productiesites in Europa; naast de fabriek in Duitsland wil het fors uitbreiden in Ierland.
Hoe dan ook is de komst van Ierland van groot economisch belang voor Europa. Tegen 2030 wil de Europese Unie twintig procent van de globale chipproductie op het eigen grondgebied laten plaatsvinden. Dat moet de Europese technologiesector zelfstandiger maken.
lees ook
EU start finalisering ‘Ketnet-competitiviteitsbeleid’ voor microchips
Naast Intel zou ook TSMC een locatie aan het zoeken zijn in Duitsland. Net als Intel is het Taiwanese bedrijf nog eerst met de collectebus aan het rondgaan vooraleer het de bouwwerken wil opstarten.