Oracle vindt zichzelf langzaam maar zeker opnieuw uit. Op het grootste event van de softwarereus sinds Covid-19 zien we een bedrijf dat zijn nieuwe plaats in het ecosysteem leerde te omarmen, met boeiende aankondigingen tot gevolg.
“Wie nog OpenWorld zegt, moet twee dollar in de pot steken”, lacht Jan Ronsse, Country Lead voor Oracle BeLux, vanuit het grote CloudWorld-event in Las Vegas. “Ik kan intussen al enkele pinten gaan drinken.” CloudWorld is de nieuwe incarnatie van Oracle’s jaarlijkse conferentie. Een andere naam en een andere stad verhullen een ietwat aangepaste visie. Covid-19 heeft iedereen een beetje veranderd, Oracle incluis.
Een milde Ellison
Zelfs CTO Larry Ellison is een beetje milder geworden, al brengt de man nog steeds het nodige vuur naar het podium. Ellison predikt vandaag de multicloud, in tandem met Gartner. Oracle beseft wijselijk dat het AWS en Azure niet van vandaag op morgen zal verdringen met zijn Oracle Cloud Infrastructure. Dat is geen ramp, want samenwerking is de toekomst. Oracle wil integreren met andere cloudproviders en zo opnieuw een plaatsje in de harten van klanten en prospecten veroveren.
Wie nog OpenWorld zegt, moet twee dollar in de pot steken.
Jan Ronsse, Country Lead Oracle BeLux
Dat was niet zo lang geleden wel anders. Pré-corona was Ellison haast verbaasd dat OCI AWS nog niet voorbij had gestoken. De man focuste passioneel op de betere producten van zijn eigen bedrijf en AWS was telkens kop van jut. Dat maakte weinig indruk, aangezien AWS marktleider was en het marktaandeel van OCI in de grafieken onder de categorie ‘anderen’ behoorde. Wat doet het ertoe dat je producten goed zijn, als je niemand kan overtuigen om ze te gebruiken?
“Ellison was inderdaad nogal hard”, lacht Ronsse. “Dat is typisch Amerikaans. Wij Europeanen zijn doorgaans erg respectvol naar onze concullega’s toe, waardoor dat nogal vreemd kon overkomen.” Ook in Amerika heeft Ellison echter iets geleerd. Voor de multicloud pleiten terwijl je de concurrentie frontaal aanvalt, oogt vreemd, dus de strategie is veranderd. “Vandaag zijn we one big happy family”, zegt Ronsse.
Allemaal vrienden
Oracle beseft dat het kan uitgaan van zijn eigen sterktes en toch kan meespelen in een breder ecosysteem waarin concurrenten ook partners zijn. Voorbeelden daarvan zagen we de laatste maanden al verschijnen. Denk maar aan de Azure Interconnect, die toelaat om applicaties op Azure te draaien terwijl de database bij OCI staat, zonder latency of extra kosten. “Die wordt erg gesmaakt”, weet Ronsse. Zelfs met AWS, ooit de aartsvijand, verschijnen er plots nuttige samenwerkingen. MySQL Heathwave op AWS is daar een heel mooi voorbeeld van.
Waar Oracle vroeger overtuigd was van goede producten en die bijna door de strot van de klant wilde rammen, voorziet het bedrijf nu ontwikkelingen waar de klanten actief op zitten te wachten. Heeft die klant al een overeenkomst met AWS of Azure? Dat kan geen kwaad. Dan speelt Oracle netjes mee zodat de consumptie van diensten op OCI complementair is aan de workloads die bij de andere cloudproviders zitten.
Luisterend oor
“Oracle luistert vandaag veel meer naar zijn klanten dan vroeger”, duidt Ronsse. “Vroeger wilden we dit of dat product verkopen, vandaag stellen we meer een open vraag: hoe kunnen we helpen met IT?” Integratie in een multicloud-ecosysteem is daar niet het enige voorbeeld van. Verschillende aankondigingen op CloudWorld illustreren de nieuwe visie.
Langs de applicatiezijde valt het op dat Oracle zijn eigen Application Platform openstelt voor klanten en partners. Dat platform vormt de fundering van de businesstoepassingen die Oracle zelf in house ontwikkelt. Het bedrijf wil klanten nu de tools geven om hetzelfde te doen.
lees ook
Oracle opent eigen applicatieplatform voor klanten en partners
Waarom? Omdat het Oracle van vandaag beseft dat het niet voor iedere klant in ieder scenario de beste oplossing in handen heeft. Het beste antwoord op die realiteit is om de klant de mogelijkheid te geven om vlot zelf oplossingen op maat uit te werken. Dat die dan netjes bij OCI passen, is fijn voor de klant en voor Oracle zelf.
Dezelfde visie zien we langs de hardwarekant met Oracle Alloy. Dat is een nieuwe manier waarop partners de Oracle Cloud kunnen consumeren. Alloy is een soort van Dedicated Region, maar dan op maat van IT-providers en integratoren. Zij kunnen zelf toepassingen ontwikkelen op de infrastructuur en met het cloudaanbod onder eigen naam naar hun klanten stappen. Noem het gerust een white label-versie van OCI.
Flexibele cloudarchitectuur
Die verschillende manieren voor Oracle om OCI aan te bieden en voor klanten om de cloud te consumeren, is volgens Ronsse een blij gevolg van de iets latere transitie van Oracle naar de cloud. “Onze kernarchitectuur is nieuwer en zit beter in elkaar. De flexibele architectuur achter OCI Gen 2 laat diverse deployment-modellen toe, van cloud tot on-premises.”
lees ook
Oracle maakt white label-versie van zijn cloud met Alloy
Ronsse ziet hoe die flexibiliteit ook in België tegemoetkomt aan de effectieve vragen die klanten stellen. “We hebben redelijk wat klanten die bijvoorbeeld voor de Exadata Cloud@Customer-optie kiezen”, zegt hij. Daarbij komt de database-infrastructuur van Oracle bij de klant te staan. “Die wil dan omwille van zijn specifieke business de data toch graag binnen de eigen firewall houden.” Het aanbod biedt flexibiliteit aan Oracle en de klant. “Contracten lopen vier jaar, waarna een gehele of gedeeltelijke cloudmigratie steeds een optie is.”
Vierde hyperscaler?
Ronsse is tevreden van de nieuwe aanpak. Luisteren, oplossingen op maat uitwerken, mogelijkheden bieden aan klanten, integreren met voormalige vijanden: het werkt. “In het begin hadden we het moeilijk om tegen de drie anderen op te boksen”, geeft hij toe.
Vandaag ziet het nieuwe Oracle een enorme groei binnen zijn diverse cloudaanbod. We mogen zelfs van hypergroei spreken. In het kwartaal tot 31 mei 2022 is de omzet binnen de IaaS-component van Oracle met 39 procent gegroeid. Terwijl klassieke hyperscalers Google, Azure en AWS ook blijven groeien, slaagt Oracle er steeds meer in om voor zichzelf een plaats als cloudprovider te veroveren. De enorme groei zorgt voor leuke labels. “Oracle wordt al de vierde hyperscaler genoemd”, zegt een trotse Ronsse.
De kracht van verandering
Op CloudWorld maakt Oracle graag de vertaalslag naar klantencases die voor zich spreken. Deutsche Bank is zo’n referentiecase. Die bank gaat all-in op OCI en heeft vandaag al meer dan duizend databases gemigreerd. “Vlekkeloos”, voegt Ronsse toe.
Alle grote legacy-bedrijven in IT hebben op een bepaald moment tegen dezelfde uitdaging aangelopen. Waar ze vroeger dicteerden wat de klant moest doen en laten, moesten ze plots leren luisteren. Dat was voor bijvoorbeeld Microsoft of IBM niet anders.
Oracle heeft zeker sinds Covid-19 oren gekregen en gebruikt ze duchtig, met resultaat. Waar de Oracle Cloud enkele jaren geleden weinig meer was dan een voetnoot, zien we nu een interessante uitdager op de markt met relevante succesverhalen, een boeiende visie en nuttige samenwerkingen binnen een complex ecosysteem. Laten we Oracle OpenWorld vergeten, CloudWorld is de toekomst.