De federale overheid is maandagavond en dinsdag het doelwit geweest van een cyberaanval. Het ging volgens de Kanselarij van de eerste minister om een DDoS-aanval. Het is nog niet duidelijk wie achter de aanval zit.
De hackers begonnen maandag in de namiddag met hun DDoS-aanval, schrijft persagentschap Belga. Bij een DDoS-aanval versturen de criminelen miljoenen pakketjes data naar de server met het doel om die offline te halen. In dit geval waren de websites die eindigen op ‘.belgie.be’, ‘.belgique.be’, .belgien.be’ en ‘.fgov.be’ een tijdje moeilijk bereikbaar. “De panne was niet algemeen, het waren golven van aanvallen waardoor het op bepaalde momenten trager ging”, aldus Francis Adyns van FOD Financiën aan Het Nieuwsblad.
Bijkomende maatregelen
Wie achter de DDoS-aanval zit is nog niet duidelijk. Vorige week zorgde een soortgelijke aanval voor storingen bij Outlook en OneDrive. Toen zouden de daders mogelijk banden hebben met Rusland. Dat hoeft niet te verwonderen, want bij verschillende eerdere gevallen bleken de daders ook vanuit die regio te opereren. De Kanselarij benadrukte dat de aanvallen om de servers te overbelasten en offline te halen van over heel de wereld kwamen.
lees ook
DDoS-aanvallen: waar komen ze vandaan en hoe kan je ze stoppen?
Door de DDoS-aanval hadden de servers het een paar uur bijzonder moeilijk. Rond 11 uur dinsdagochtend was het grootste leed geleden en bleven de websites terug normaal bereikbaar. Dergelijke aanvallen, die gericht zijn om de toegang tot websites te verhinderen, laten de achterliggende data voor wat ze zijn. Burgers hoeven zich geen zorgen te maken over hun privacy. De federale overheid en internetprovider Belnet nemen samen met andere relevante dienstverleners bijkomende maatregelen om dergelijke aanvallen in de toekomst sneller te controleren.