Nvidia toont twee nieuwe GPU’s op maat van lichte en mobiele workstations. De RTX 500 en RTX 1000 zijn allebei op de Ada Lovelace-architectuur gebouwd en horen aan de onderkant van de reeds bestaande line-up.
Nvidia breidt zijn RTX Ada Generation-portfolio uit met twee relatief instapvriendelijke GPU’s voor lichte workstations: de Nvidia RTX 500 en RTX 1000 Ada Generation. Het portfolio omvat al vijf krachtigere GPU’s: de RTX 2000, 3000, 3500, 4000 en 5000. Nvidia’s vage naamgeving zorgt ervoor dat het typenummer niets zegt over de generatie van GPU (zo bestaat er bijvoorbeeld een Nvidia GeForce RTX 20-reeks, maar die heeft niets te maken met deze GPU’s). De noemer Ada Generation is hier heel belangrijk.
De GPU’s bevatten natuurlijk een NPU: Nvidia moet er net als alle andere hardwarefabrikanten op hameren dat zijn componenten de allerbeste zijn voor AI. Verder is er uiteraard het eigenlijke GPU-onderdeel met CUDA en Tensor-kernen. Met op maat gekozen AI-workflows heeft de RTX 1000 een rekenkracht van 193 Tops en de RTX 500 154 Tops. Ter vergelijking: de RTX 2000 kan 232 Tops verzetten.
Specificaties
Wanneer we focussen op de grafische kant, zien we 2.048 CUDA-kernen voor de RTX 500 en 2.560 CUDA-kernen voor de RTX 1000. Nogmaals ter vergelijking: de laptopversie van de RTX 2000 Ada Generation doet het met 3.072 CUDA-kernen, topmodel RTX 5000 heeft er 9.728. De RTX 500 heeft verder 4 GB GDDR6 aan boord, de RTX 1000 krijgt 6 GB.
Vooral de RTX 500 is een zuinige GPU. Die heeft een TDP van 35 watt tot maximaal 60 watt. Fabrikanten van laptops kunnen daar wat mee spelen, zodat de exacte prestaties van een GPU afhankelijk zijn van het laptopchassis en de koeling. De RTX 1.000 kan ook functioneren met een TDP van 35 watt, maar is configureerbaar tot en met 140 watt.
Nvidia laat weten dat laptops met de nieuwe GPU’s aan boord in de loop van de lente in de winkelrekken zullen verschijnen.