Het BIPT is opnieuw op de baan gegaan om de Belgische mobiele netwerken te testen. Het opvallendste resultaat in de studie is de afname van de gemiddelde downloadsnelheid.
Het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) gaat jaarlijks de kwaliteit van onze mobiele netwerken na. De kwaliteit van een telefoongesprek en mobiel internet wordt zowel in en autorit als in een treinrit getest.
Stabiele situatie
In het algemeen duiden de cijfers op een stabiele situatie binnen België. Een telefoongesprek kan in 99,6 procent van de gevallen ontstaan op de weg en de verbinding blijft stabiel in 99,7 procent van de gevallen. Op de trein nemen de slaagkansen wat af, maar blijft het in 97,5 procent van de gevallen mogelijk om verbinding te maken.
Bij het uittesten van de mobiele netwerken, vond het BIPT een lichte daling van de gemiddelde internetsnelheden. Op de weg zakt de downloadsnelheid van 80 Mbps in 2020 en 2021 naar 75 Mbps in de meest recente testen. In de trein krijgt de gemiddelde snelheid sowieso al flinke klappen, maar hier daalt de downloadsnelheid nu van 57 Mbps in 2021 naar 50 Mbps. Volgens de studie kunnen deze cijfers erop wijzen dat we meer gebruik maken van het mobiele netwerk, maar dat er geen capaciteitsverhoging gebeurde om deze toename op te vangen.
lees ook
4G-kwaliteit in de trein slechter dan in de auto op Belgische wegen
Wat de uitrol van 5G betreft was het al langer duidelijk dat Europa hierin zal moeten bijbenen. Kijken we specifieker naar ons land, dan is de situatie nog rampzaliger. 5G moet voor hogere internetsnelheden zorgen, terwijl de gemiddeldes nu net dalen. Het rapport is dus een belangrijk teken dat er iets niet snor zit, maar ook dat de nood aan mobiele netwerken in België niet te onderschatten is.
Positief
Toch spreekt de studie zich positief uit over de cijfers en besluit het dat er ‘goede prestaties worden geleverd’. Wel waarschuwt de studie dat iemand zijn persoonlijke ervaring kan afwijken: “Het resultaat van deze treintesten geeft enkel een globaal beeld weer van de onderzochte lijnen, wat niet wil zeggen dat op bepaalde lijnen of in bepaalde zones van een van de lijnen de realiteit verschilt van het waargenomen gemiddelde.”