Wanneer de 5G-veiling in België er ooit komt, zullen telecomoperatoren aanzienlijk meer moeten betalen voor het nodige spectrum om de nieuwe mobiele netwerktechnologie te kunnen uitrollen. Daarbij ziet het er naar uit dat de deelstaten weinig argumenten hebben voor een groter deel van de koek.
De waarde van de voornaamste 5G-radioband, de 3,5 GHz-band, is tussen 2017 en 2019 bijna verviervoudigd. Dat meldt Belga op basis van een nieuwe studie van telecomregulator BIPT. De minimumprijs voor de 3,5 GHz-band bedraagt nu 177 miljoen euro. Bij een eerdere schatting in 2017 was dat nog maar 46 miljoen euro. De totale waarde van de spectrumveiling stijgt zo van 680 naar 800 miljoen euro.
Voorlopig blijft dat een virtueel bedrag, want de veiling zit in België nog steeds geblokkeerd. De federale overheid en de deelstaten raakten het vorig jaar niet meer voor de verkiezingen eens over de verdeelsleutel voor de opbrengst en rolden daarna van een politieke crisis in een gezondheidscrisis, waardoor de veiling op de lange baan is geschoven.
Bij de vorige spectrumveiling in 2013 ging 80 procent van de opbrengsten naar de federale overheid en kregen de deelstaten de overige 20 procent. Die laatste eisen deze keer een groter deel van de koek. Ze redeneren dat het snelle 5G-internet in toegenomen mate zal worden gebruikt voor mediaconsumptie. Dat is een regionale bevoegdheid, terwijl het federale niveau voor telecom verantwoordelijk is.
Wat is media?
Het BIPT voerde samen met Capgemini op vraag van telecomminister Philippe De Backer (Open VLD) een studie uit om die claim te objectiveren. Dat bleek nog niet zo eenvoudig: de studie presenteert vier verschillende cijfers om het aandeel van media te meten, afhankelijk van hoe je ‘media’ definieert en het aandeel in het totale 5G-gebruik meet. De definitie varieert van nauw (alleen professionele media) tot zeer breed (ook amateurmateriaal/user-generated content), terwijl het aandeel op basis van volume of omzet kan worden berekend.
In het meest nauwe geval, waarbij alleen de consumptie van professionele media op basis van volume wordt berekend, komt het BIPT uit op een aandeel van 4,94 procent. Bij de meest brede kijk, die ook amateurmateriaal in rekening neemt en op basis van omzet meet, bedraagt het aandeel 28,2 procent.
Leidraad
De studie moet dienen als objectieve leidraad voor een politieke beslissing. Het BIPT wenst zich niet uit te spreken over het percentage dat de overheden moeten gebruiken. Op basis van de cijfers lijkt het alvast wel moeilijk voor de deelstaten om aanspraak te maken op meer dan 28,2 procent van de koek, tenzij ze de studie betwisten.
In federale regeringskringen klinkt het nog volgens Belga dat de deelstaten zelf aandrongen op een objectieve studie en dat de daaruit voortkomende conclusie de logische conclusie is om te volgen. Het is afwachten hoe de politieke discussie nu verder evolueert en wanneer de spectrumveiling eindelijk kan worden opgezet.
In tussentijd heeft het BIPT het initiatief genomen om tijdelijke licenties uit te delen, zodat geïnteresseerde kandidaten nog dit jaar met de voorlopige uitrol van hun 5G-netwerken van start kunnen gaan. Vijf operatoren zijn daarvoor in aanmerking genomen. Ondertussen heeft Proximus ook al een ‘light’ 5G-netwerk via zijn bestaande infrastructuur uitgerold in een dertigtal gemeenten. Daarvoor wordt oud 3G-spectrum hergebruikt.