Intel investeert 700 miljoen dollar in onderzoek naar immersiekoeling, waarbij computerhardware integraal wordt ondergedompeld in een niet-geleidende vloeistof.
Intel investeert 700 miljoen dollar in een nieuwe R&D-site waar het bedrijf onderzoek zal doen naar immersiekoeling. Het bedrijf wil de techniek laagdrempeliger maken via toegankelijke intellectuele eigendom, die ook derden in staat stelt om oplossingen te maken. Daartoe lanceerde Intel al een eerste referentiedesign.
De onderzoekscampus wordt vanaf vandaag gebouwd in Oregon in de VS zal eind 2023 operationeel zijn. Intel wil ervoor zorgen dat de volgende generatie van de eigen hardware klaar is voor immersiekoeling. In het lab zal de fabrikant zijn hardware testen met verschillende koeltechnieken om zo handige oplossingen te ontwikkelen.
Servers in vloeistof (maar geen water)
Immersiekoeling is een koelingstechniek waarbij hardware wordt ondergedompeld in een bad van een niet-geleidende vloeistof. Wanneer de techniek goed wordt toegepast, is die een stuk efficiënter dan bestaande technologie waarbij warmte uit componenten wordt afgevoerd met heat sinks en hitteplaten. De aanpak verschilt van traditionele vloeistofkoeling, waarbij vloeistof nooit rechtstreeks in aanraking komt met hardware maar enkel dient om warmte efficiënt weg te leiden van een component naar een radiator.
Nieuwe koelingstechnieken worden alsmaar belangrijker. Traditionele lucht- en waterkoeling loopt tegen haar limieten aan nu servers steeds complexere hardware huisvesten. Een krachtige processor genereert al zo’n 250 watt aan warmte, maar voor accelerators kan dat oplopen tot 700 watt. Serverkoeling is zo verantwoordelijk voor tot wel 40 procent van het energieverbruik van een traditioneel datacenter.
Efficiënter maar niet zonder uitdagingen
Immersiekoeling haalt de hitte veel efficiënter uit componenten, waardoor die beter presteren en het hele koelingsproces minder energie vraagt. De techniek is echter vrij nieuw, waardoor er nog ruimte is voor heel wat onderzoek om de oplossing gestandaardiseerd en betaalbaar te maken.
Omdat immersiekoeling vandaag nieuw is, schrikken datacenters ervoor terug om de oplossing te omarmen. De aanpak brengt immers heel wat vragen met zich mee. Moet je een HDD vervangen in een klassiek rack, dan is dat niet moeilijk, maar wat als er iets misloopt in een server in een vloeistofbak?
Intel hoopt met het nieuwe lab een voortrekkersrol te nemen en een ecosysteem rond immersiekoeling te creëren. Dat kan de technologie meer volwassen maken, waardoor datacenter-operatoren minder terughoudend worden om ze te gebruiken. De chipspecialist is niet de eerste die naar immersiekoeling kijkt. Zo lanceerde HPE eerder al een oplossing voor een specifieke server, experimenteert Microsoft met een kokende vloeistof en werkt ook Schneider Electric aan een oplossing.