Met de komst van Windows 11 wordt er ook een heel nieuwe Microsoft Store geleverd. De appwinkel wordt opengesteld voor iedereen, maar ontwikkelaars die hun software als Win32 uploaden moeten zelf een updatemogelijkheid voorzien.
Windows 11 geeft ontwikkelaars veel meer vrijheid om gebruik te maken van de Microsoft Store. De open aanpak is goed nieuws om alle applicaties te kunnen bundelen op één centrale locatie. De ondersteunde frameworks zijn Win32, .NET, Java, UWP en web-applicaties.
Vooral dankzij de toelating van Win32-software, de traditionele .exe-programma’s, zou de appwinkel heel snel kunnen groeien. De reden waarom de Windows Store vandaag geen succes is, was het verplichte gebruik van UWP om Win32-software in te pakken.
Die extra vrijheid komt wel met een belangrijke nadeel: automatische updates zijn niet mogelijk via de appwinkel zelf. Volgens nieuwe documentatie voor ontwikkelaars moeten ze een eigen ‘custom content delivery network’ hosten waar updates worden geleverd.
Het is aan de ontwikkelaars om te kiezen hoe ze dit probleem tackelen. Sommigen kunnen aparte updater-software mee installeren die zich in de taakbalk nestelt en af en toe de server van de software pingt, maar zoiets is heel zelden wenselijk. Ontwikkelaars zijn ook nog altijd vrij om hun software te verpakken als een UWP-app om wel gebruik te maken van de automatische updates die de Microsoft Store kan leveren.
lees ook
Windows 11 krijgt ondersteuning voor Android-apps met Amazon appwinkel
Microsoft benadrukt dat de Win32-software die buiten de appwinkel updates vereist, een duidelijk label meekrijgen. Het is voorlopig niet duidelijk of de Microsoft Store ook applicaties zal toelaten die niet zonder update-mogelijkheid worden geleverd.