Netwerkkaarten krijgen voortaan minder eenvoudig een certificering van Windows Server. Het proces uit 2008 zou achterhaald zijn sinds de komst van Windows Server 2022.
Netwerkkaarten moeten voortaan aan drie zaken voldoen om gecertificeerd te worden voor Windows Server. De kaarten moeten voortaan verkeer kunnen regelen naar of vanuit een VM, met een Server Message Block (SMB) en naar of vanuit een lokale cluster.
Verouderde methode
Deze vereisten vervangen de denkwijze die Microsoft hanteerde bij de introductie van Windows Server 2008. “De vorige certificeringsstructuur was gebaseerd op de snelheid van de adapterverbinding, wat betekende dat aan elke adapter van 10 Gbps of hoger aanvullende (Microsoft-test) eisen werden gesteld, ongeacht het beoogde gebruik van de adapter (zoals ontworpen door de fabrikant)”, verduidelijkt het bedrijf in een blogpost.
De denkwijze leidde met de introductie van Windows Server 2022 tot problemen. De vereiste geeft namelijk geen garantie op de prestaties van de netwerkkaart in een gedeelde opslagarray. Het certificaat plakt dan op netwerkkaarten die misschien niet werken in Windows Server 2022.
lees ook
Microsoft past cloudlicenties aan in Europa na antitrust-klacht
Microsoft geeft toe dat de aangepaste methode ook het gevolg is van “Een toenemend aantal ondersteuningsgevallen die resulteerden in de frustrerende ondersteuningsclaim, ‘niet ondersteund’ ondanks dat het apparaat is gecertificeerd.”