Begin juni legde een cyberaanval vleesleverancier JBS grotendeels plat in de VS, Canada en Australië. Om snel opnieuw operationeel te zijn, betaalde het de dwangsom van 11 miljoen dollar aan de hackers.
JBS, ’s werelds grootste vleesverwerker, werd op 1 juni slachtoffer van een grootschalige ransomware-aanval. Het Russische hackerscollectief REvil eiste van het bedrijf 11 miljoen dollar om de versleutelde bestanden opnieuw beschikbaar te stellen. REvil zat eerder ook achter andere grote aanvallen bij onder andere Fujifilm, Acer en Quanta.
Om zo snel mogelijk opnieuw operationeel te zijn, werd de dwangsom betaald. Volgens JBS zijn alle operaties vandaag actief. CEO Andre Nogueira: “We voelden dat deze beslissing nodig was om potentiële risico’s naar klanten te voorkomen.” Het bedrijf mitigeert ondertussen alle onvoorziene problemen gerelateerd aan de ransomware-aanval. JBS benadrukt ook dat geen data werd buitgemaakt.
Nogueira zegt aan WSJ dat ondanks de succesvolle dataherstelling experts hun handen niet in het vuur steken dat de aanvallers opnieuw zullen toeslaan.
Eerder deze week raakte het nieuws bekend dat de Amerikaanse Colonial Pipeline een deel van de dwangsom opnieuw heeft kunnen recupereren na een interventie van de US Justice Department (DOJ). Het is niet duidelijk of JBS dezelfde weg wil bewandelen.