Hoewel we al lang over het internet der dingen praten, is de sector allesbehalve volwassen. Eigenlijk zitten we nog maar nauwelijks voorbij de loodgieterijfase, horen we op de vierde editie van de Belgische IoT Convention. Al is de mindset van steeds meer bedrijven stilaan klaar om IoT ook echt maximaal te gaan omarmen.
“De technologie achter het internet der dingen is niet nieuw”, vertelt Stijn Bijnens, CEO van Cegeka, op de IoT Convention in Mechelen, “maar toch zijn we er nog steeds niet.” Bijnens stelt vast dat de ontwikkeling van een IoT-ecosysteem nog steeds in de opbouwfase zit. De ruwbouw staat er al, maar de technieken worden nog naarstig gelegd. “We werken aan nieuwe platformen die een IoT-toekomst kunnen ondersteunen, maar dergelijke platformen zijn niet het doel op zich. Ze maken deel uit van de loodgieterij.”
Prijs en prestaties
Bijnens vindt het logisch dat dergelijke (r)evoluties tijd kosten. “Over AI werd de eerste conferentie in de jaren ’50 al gehouden en de hashfuncties waarop blockchaintechnologie is gebaseerd werden in de jaren ’70 bedacht”, illustreert hij. De grootste reden voor de discrepantie tussen uitvinding en uitrol is rekenkracht.
Over AI werd de eerste conferentie in de jaren ‘50 al gehouden.
“Voor IoT was de rekenkracht er al lang, maar ze bestond nog niet aan een acceptabele prijs.” De prijsdaling van microchips met voldoende pk’s om IoT-toepassingen te ondersteunen, zorgt voor een democratisering en ook dat is nodig. “De wet van Metcalfe is hier van toepassing: de waarde van een netwerk stijgt exponentieel met het aantal deelnemers.”
Vandaag zijn zowel de rekenkracht als de deelnemers er, en is IoT klaar om de loodgieterijfase te ontgroeien. Dat betekent dat het recept voor een succesvol IoT-project stilaan minder nadruk op de technologie legt (want de platformen zijn er), en dat cultuur en mindset aan belang winnen.
IoT is een C-bevoegdheid
Dat merkt ook Gert Pauwels van Orange. “Vandaag is er een mentale disruptie nodig en daar zijn klanten nog niet helemaal klaar mee.” Hij ziet desalniettemin een evolutie. “Als je niet zo lang geleden over een groot project kwam praten en vroeg om met IT samen te zitten van het begin af aan, dan kreeg je een antwoord vol ongeloof. IT, dat was voor het management het team dat de printer draaiende hield.” Vandaag is er vooruitgang. Bovendien worden IT-gerelateerde projecten sneller door C-level-management behandeld, merkt Pauwels.
Vandaag is er een mentale disruptie nodig en daar zijn klanten nog niet helemaal klaar mee.
Een digitale transformatie, waarvan ieder IoT-project deel uitmaakt, kan immers enkel slagen wanneer het volledige bedrijf erachter staat. Dat betekent dat dergelijke projecten gedragen moeten worden door het hele management en niet geklasseerd mogen worden in het hoekje ‘IT’. Vandaag ziet Pauwels hoe steeds meer organisaties IoT vanuit een business-tandpunt bekijken. “Geld speelt voor de early adopters minder een rol. We zien vooral organisaties die een betrouwbare partner zoeken om mee aan een oplossing te werken voor een concreet probleem.”
Niet digitaliseren om te digitaliseren
Dat die insteek essentieel is, horen we ook uit de mond van Tim Claes, CCO bij Realdolmen. “Veel IT-projecten falen nog. Een minimaal proof-of-concept-project is vaak het eindstation.” Kijken naar een breed probleem en daar een oplossing voor zoeken zoals Pauwels aangeeft, is ook volgens hem de juiste insteek. “Kijk eerst naar wat je wil doen en onderzoek dan wat er digitaal kan gebeuren, niet andersom. Innovatie moet zaken eenvoudiger maken en lasten wegnemen. Dat kan alleen als iedereen eraan meewerkt.”
Met het juiste platform ter beschikking en de juiste mindset in het achterhoofd, is er veel mogelijk. In de heel nabije toekomst verwacht John Baekelmans, managing director van imec in Nederland, dan ook een explosie van verbonden toestellen voor tal van doeleinden. Hij bekijkt IoT van de hardwarekant, aangezien imec zich sterk bezighoudt met de ontwikkeling van steeds geavanceerdere, kleinere en beter betaalbare sensoren.
Concrete toepassingen
“In steden en gebouwen moeten we ontdekken hoe mensen ruimtes gebruiken. Dat kan bijvoorbeeld via IoT-toepassingen zoals een miniatuur-radar. Daarmee kun je niet alleen zien hoeveel mensen er in een vergaderruimte zitten, maar zelfs kijken hoe snel ze ademen en zo extrapoleren of er wel voldoende frisse lucht aanwezig is.”
Een andere concrete toepassing komt uit de landbouwsector. Baekelmans: “Een boer weet dat een koe op het punt staat te kalveren, maar daar zit nog steeds enkele dagen marge rond. Met een slimme halsband die het gedrag van de koe monitort, kan de boer met 88 procent zekerheid tot op de minuut voorspellen wanneer het kalfje geboren zal worden.”
Ook aan de gezondheid van mensen wordt gewerkt. Baekelmans voorspelt dat hoewel vandaag alles over data lijkt te gaan, binnen vijf tot tien jaar water als meest waardevolle bron naar de voorgrond zal treden, ook bij ons. “Een ‘internet of water’ met sensoren die op een betaalbare manier de waterkwaliteit meten, kan helpen.”
IoT in Vlaanderen
Met dergelijke initiatieven komen we op het domein van de overheid en smart cities. Ook daar zijn er al heel wat initiatieven. Net als binnen de bedrijven wordt er actief gekeken naar digitalisering en is de loodgieterijfase bijna gedaan, al is er nog heel wat consolidatie nodig. “De overheid stimuleert privébedrijven al om zaken te ontwikkelen, onder andere met het Hermesfonds”, vertelt Peter Vandeurzen van Smart Cities Vlaanderen.
“Er zijn echter slimme regio’s en slimme steden, allemaal met andere besteksystemen.” Hij vermoedt dat er in de nabije toekomst een consolidatie zit aan te komen tot een Vlaamse slimme regio, maar zo ver is het nog niet. Helemaal volwassen kunnen we de publieke sector in deze duidelijk nog niet noemen, al wordt er actief gekeken naar de nieuwe mogelijkheden.
Aan de slag
Consolidatie is opnieuw een kwestie van organisatie en mindset, en dat is de rode draad doorheen de conferentie. Er is vandaag al heel veel mogelijk. Technologie en rekenkracht staan er en IoT-platformen worden gefinaliseerd. Aan de slag gaan en echte meerwaarde naar organisaties brengen, wordt zo een kwestie van probleemoplossend denken en met de juiste partners de juiste keuzes maken. Zodra dat gebeurt, kan het snel gaan.
Gerelateerd: June haalt je energiefactuur naar omlaag via Orange-netwerk