Naarmate de honger naar alsmaar meer rekenkracht en opslag groeit, stijgt ook de ecologische voetafdruk van IT-infrastructuur. Toch weten organisaties vaak niet wat de impact van IT op hun CO2-uitstoot en energieverbruik precies is. Duurzaamheid heeft in de praktijk weinig plaats in discussies over datacenterinfrastructuur. Onterecht, aangezien er intussen performante, betrouwbare en zuinige oplossingen bestaan.
Iedere onderneming is vandaag een digitale onderneming dat die data genereert. Alsmaar grotere datavolumes moeten verwerkt worden door krachtige datacenters. Om rampen te voorkomen zijn er dan weer kwalitatieve back-ups nodig. Er gebeurt meer dan je denkt binnen een datacenter. IT-hardware groeit netjes mee met de groeiende honger naar prestaties en opslag. Wat je tien jaar geleden een supercomputer zou noemen, zit vandaag in een enterprise-datacenter.
Die trend komt met een kostenplaatje, zowel financieel als voor het milieu. IT-hardware verbruikt immers heel wat energie. Dat kost (zeker vandaag) een aardige duit en gaat gepaard met een flinke CO2-uitstoot. Toch zien IT-specialisten het datacenter doorgaans niet als een plaats voor duurzaamheid. Bij investeringen in hardware spelen de aankoopprijs en de beschikbare performantie de grootste rol.
Onder de schaduw van de kathedraal
Vanuit een nieuw en voorlopig eerder leeg ogend hoofdkwartier onder de schaduw van de Antwerpse kathedraal probeert Aryx daar verandering in te brengen. Aryx (ARYX voor de marketeers) werd net voor de start van corona eind 2019 opgericht door Tim Sterckx en David Franck: twee IT-experten met jaren ervaring achter de kiezen bij onder andere British Telecom en Cisco. Vandaag heeft het bedrijf ongeveer vijf werknemers in ons land en zeven in Noorwegen.
Zelf bekennen we dat we nog nooit van Aryx hadden gehoord. Beide heren nemen het ons niet kwalijk. “Niemand”, lacht Sterckx. “We willen mensen bewust maken van ons bestaan.”
We willen mensen bewust maken van ons bestaan.
Tim Sterckx, mede-oprichter Aryx
“Wij zien zelf welke producten vooral verkocht worden. Prijs en performantie geven de doorslag. Wanneer klanten zelf naar een oplossing op maat vragen, ligt het moeilijk om die te leveren omdat een integrator al te vaak getrouwd is met een specifieke vendor”, zegt Sterckx. “Wij zeggen: kijk ook eens naar energiezuinigheid. Met Aryx proberen we wel te verkopen wat de klant effectief nodig heeft.”
Onwetendheid troef
Het bedrijf vecht daarbij tegen de perceptie. Duurzame IT heeft al te vaak de naam in te boeten op vlak van prijs, prestaties of betrouwbaarheid. Dat klopt vandaag niet meer, maar die realiteit is onbekend en onbemind. Bedrijven staan er meestal zelfs niet bij stil dat het beter kan met hun IT-omgeving.
Aryx gaat proactief op zoek naar grote ondernemingen om de kat de bel aan te binden. Franck: “We mikken op grotere bedrijven die nood hebben aan een eigen datacenter en IT-infrastructuur. Organisaties waar de IT in één of twee racks past, zijn niet echt de doelgroep. Van zodra we van een datacenter kunnen spreken, kunnen we wel optimalisaties uitvoeren.”
ESG-rapport als stok achter de deur
Sterckx en Franck kunnen natuurlijk niet langs de voordeur binnenstormen met een karrenvracht groene servers. In een eerste stap willen ze bedrijven zicht geven op de impact van IT. “Grote bedrijven zijn vanaf 2024 verplicht om hun eerste ESG-rapport uit te brengen”, zegt Franck. “Daarin staat onder andere de CO2-voetafdruk van de onderneming.”
Die nieuwe regeling geldt voor bedrijven die 250 werknemers of meer hebben, 40 miljoen euro in netto omzet genereren en 20 miljoen aan assets bezitten. Twee van die drie voorwaarden volstaan om onder de verplichting te vallen.
ESG is kort voor environmental, social, en corporate governance. Met dergelijke rapportage wil Europa een zicht krijgen op de impact die bedrijven hebben op hun omgeving. In 2023 moeten de eerste rapporten worden opgesteld zodat ze in 2024 klaar zijn. Aryx wil daarbij helpen, niet alleen door het rapport (al dan niet met hulp van partners) op te stellen, maar ook door de impact van IT op het energieverbruik en de CO2-uitstoot afzonderlijk te berekenen.
Geen notie van de impact
“Bedrijven hebben vandaag geen idee van het gewicht van ICT op hun uitstoot”, weet Sterckx. “Amper 8 procent kent de impact van ICT op hun CO2-uitstoot. IT-assets staan soms gewoon bij elektrische toestellen of onder geleasede assets, zonder dat er een onderscheid wordt gemaakt. Als je weet dat een datacenter al snel enkele kilowatts aan stroom vreet, dan zie je waarom het wel belangrijk is om zichtbaarheid te krijgen.” Sterckx wijst erop dat wereldwijd de totale ICT-sector goed is voor zo’n 15 procent van het energieverbruik: een stuk meer dan bijvoorbeeld luchtvaart.
Bedrijven hebben vandaag geen idee van het gewicht van ICT op hun uitstoot.
Tim Sterckx, mede-oprichter Aryx
Nadat de impact van IT in kaart is gebracht, wijzen Sterckx, Franckx en hun collega’s bedrijven erop dat ze enorm kunnen besparen. “Dan zijn ze verrast”, zegt Sterckx. “Ze weten het gewoon niet. De ondernemingen zetten wel in op zonnepanelen en groene stroom, maar staan er niet bij stil dat ze ook de kern van het probleem in het datacenter kunnen aanpakken.”
Slimme PDU, slimme investering
In eerste instantie kijkt Aryx met prospecten naar slimme power distribution units (PDU’s). Een PDU is een essentieel onderdeel van een datacenter en voorziet de stroom voor de hardware. Kan je je daar niets bij voorstellen? Denk dan gewoon aan een traditionele stekkerdoos. Een slimme PDU is in een soort van slimme stekkerdoos die op het niveau van toestellen zoals servers en switches het stroomverbruik kan monitoren. Zo zien organisaties meteen in realtime wat het verbruik van specifieke toestellen is.
“Een slimme PDU kan de last naar de voedingen van de datacenter-hardware bovendien beter balanceren”, weet Franck. “Dat zorgt ervoor dat die power supply units (PSU’s) een stuk langer meegaan. Interessant, aangezien schijven en PSU’s het meest vervangen moeten worden in een datacenter. Bovendien zorgt de betere spreiding van het verbruik al meteen voor een daling van het totale energieverbruik die kan oplopen tot wel tien procent.”
“Zelfs wanneer een klant net een nieuw datacenter heeft gekocht en die hardware niet meteen kan vervangen, kunnen we meteen energiewinsten en besparingen realiseren”, valt Sterckx bij. “De slimme PDU’s verdienen zichzelf meteen terug via de elektriciteitsrekening.”
Betere hardware
Aryx kijkt ook naar de hardware zelf. Bij het Antwerpse bedrijf beseffen Sterckx en Franck al te goed dat een onderneming niet meteen bestaande hardware gaat buiten kieperen in ruil voor groenere alternatieven. Aryx probeert daarom in te haken op het digitale transformatietraject van een bedrijf op de langere termijn.
De focus ligt vooral op data en back-up, omdat daar de grootste energiewinsten te boeken zijn. Concreet zijn er vandaag enkele nieuwe oplossingen in de markt die aanzienlijk zuiniger zijn dan klassieke opslagservers. Aryx zelf werkt samen met twee Amerikaanse partijen: Pure Storage en SoftIron. De focus ligt tijdens ons gesprek op die laatste partij.
Ceph als sleutel
SoftIron is een relatief jong bedrijf dat ARM-opslagservers bouwt op maat van Ceph. Ceph is een opensource-oplossing voor software defined storage (SDS) die onder andere door Red Hat wordt ondersteunt. Een Ceph-systeem kan om met object, block en file-opslag en draait op verschillende nodes in dynamisch uit te breiden clusters. De oplossing is populair omdat ze ondernemingen toelaat om naar believen te schalen wanneer ze meer opslag nodig hebben, los van het type of de applicatie.
Traditioneel draait Ceph op zowat alle x86-hardware (processors van Intel en AMD). Die krachtige CPU’s verbruiken echter heel wat stroom. ARM is een alternatief voor x86 en bij het brede publiek vooral gekend van de smartphoneprocessors, al wint de architectuur sterk aan belang binnen het serverlandschap. Amazon Web Services (AWS) biedt bijvoorbeeld al een vrij uitgebreid portfolio van eigen ARM-gebaseerde Graviton-instances aan. Die zijn zuiniger, goedkoper en beter voor het milieu klinkt het.
Zuiniger maatwerk
SoftIron maakt dezelfde redenering door opslagservers op maat van Ceph te bouwen met ARM. Omdat de onderliggende hardware op maat van het opslagsysteem is samengesteld, zijn servers van SoftIron minstens even performant en betrouwbaar als traditionele Intel- of AMD-gebaseerde alternatieven.
Hun verbruik kan je echter nauwelijks vergelijken. Sterckx: “Eén petabyte van de energiezuinige opslag-oplossing verbruikt tot wel 80 procent minder dan een traditioneler alternatief.”
Aryx gaat actief op zoek naar dergelijke oplossingen. Een partij als SoftIron is redelijk nieuw in de markt, wordt niet aangeprezen door de grote spelers en is daarom onbekend. Franck en Sterckx hopen dat ze bedrijven kunnen overtuigen dat er hardware bestaat die compromisloos enorme besparingen kan opleveren, zodat prestatie en betrouwbaarheid in het datacenter intact blijven.
Met je data naar Noorwegen
Daarmee is nog niet alles opgelost. Sommige hardware verbruikt nu eenmaal veel en een datacenter zal een flinke energieslokop blijven. Om aan die realiteit tegemoet te komen, voorziet Aryx colocatie-datacenters in Noorwegen. Die datacenters zijn opnieuw ideaal voor datacentrische workloads zoals back-up.
Door voor een datacenter in Noorwegen te kiezen, kunnen klanten flink besparen op hun verbruik en uitstoot.
David Franck, mede-oprichter Aryx
“Sinds kort liggen er wel een aantal nieuwe telecomlijnen zodat de Nordics in latency dichterbij zijn gekomen”, zegt Franck. “Dat laat betere concurrentie met de datacentermarkt hier toe.” Aryx zit niet toevallig in Noorwegen. “De stroom is daar honderd procent groen en minstens een derde goedkoper. Door voor een datacenter in Noorwegen te kiezen, kunnen klanten opnieuw flink besparen op hun verbruik en uitstoot.”
Er kan meer dan je denkt
De kern van de boodschap van Aryx is dat er vandaag al veel mogelijk is, zonder negatieve impact op de performantie van IT. Bedrijven kunnen het energieverbruik van hun datacenters drukken en hun CO2-voetafdruk inkrimpen door duurzaamheid en verbruik in rekening te nemen bij de aankoop van nieuwe infrastructuur.
De incentives daarvoor nemen toe. Tegen 2030 plant Europa immers om ook de CO2-uitstoot van datacenters te taxeren. “Sterckx: een ton CO2 kost vandaag 80 euro. Kijken we opnieuw naar één petabyte aan energiezuinige opslag vandaag, dan levert die enkel op het vlak van belastingen in 2030 al 60.000 euro aan besparingen op jaarbasis op, vergeleken met de klassieke oplossing. Daar kan je al eens iets mee doen.”