Synology DS1019+ review: een versnelling hoger

Synology volgt zijn 5-bay DS1517+ op met de DS1019+. De NAS lijkt op het eerste zicht weinig meer dan een verfrissing van zijn voorganger, maar dat is buiten de twee splinternieuwe M.2-slots gerekend.

Synology’s DS1019+ is de enige 5-bay NAS die het Taiwanese bedrijf momenteel in zijn portfolio heeft. Op het eerste zicht past het toestel perfect in de line-up van (semi-)professionele NAS-systemen. Het product, gericht op de kmo, werkgroepen binnen grotere ondernemingen of de wel erg fanatieke enthousiasteling, ziet eruit zoals zijn voorgangers.

Het klassieke Synology-design houdt in dat je een zwarte NAS krijgt met een hoge bouwkwaliteit. Vooraan vind je enkele statusleds en een enkele USB-3-poort, achteraan zitten een tweede poort, twee ethernet-aansluitingen en een SATA-extensieslot. Via dat slot en een DX517 kan je nog eens vijf extra bays aan het toestel koppelen voor een totaal van tien.

De HDD-bays maken gebruik van Synology’s vaste systeem. Voor een 3,5 inch drive heb je met andere woorden schroeven noch schroevendraaier nodig. Een solide kliksysteem houdt de hotswappable harde schijven op hun plaats. Wil je 2,5 inch HDD’s of een SSD in die vormfactor in de bays stoppen, dan heb je wel enkele schroeven nodig, maar die zijn meegeleverd in de doos.

Specificaties

Onder de motorkap van ons testmodel vinden we een Intel Celeron J3455-processor, bijgestaan door twee keer 4 GB aan RAM, goed voor 8 GB in totaal. Dat geheugen is uitbreidbaar tot 2 x 8 GB voor 16 GB aan maximale capaciteit. Tegenover voorganger DS1517+ biedt deze NAS niet noodzakelijk veel meer rekenkracht.

De Celeron is op papier niet echt veel krachtiger dan de Atom C2538 in die NAS, al zorgt het 14 nm-bakproces voor een TDP van 10 watt versus de 15 watt voor de 22 nm Atom. De basiskloksnelheid ligt met 1,5 GHz een stuk lager (2,4 GHz voor de Atom), maar de Celeron heeft een turboboostcapaciteit aan boord (tot 2,3 GHz). De L3-cache van de quadcore-cpu blijft hetzelfde met 2 MB en geen van beide heeft multithreading aan boord.

Het eindresultaat is een chip die vooral meerwaarde biedt op vlak van efficiëntie en stroomverbruik, maar verder ook voorzien is van 4K-capaciteiten. Dat betekent dat deze NAS 4K in realtime kan transcoderen en dat maakt het toestel uitermate geschikt voor videotoepassingen.

SSD’s voor cache

De grootste vernieuwing voor deze NAS zit letterlijk verstopt aan de onderzijde. Daar vind je twee klepjes waaronder telkens één M.2-slot voor de PCIe-aansluiting van NVMe-SSD’s schuilt. Die aansluitingen zijn opnieuw voorzien van een slim kliksysteem, zodat je ook hier geen vijsjes nodig hebt om de SSD’s in de NAS te klikken. Houd er wel rekening mee dat de M.2 NMVe-SSD’s een standaardformaat moeten hebben.

 

 

De M.2-sleuven zijn geen extra SSD-bays. Daarmee bedoelen we dat je de drives niet kan inschakelen als flashvolume. Ze zijn uitsluitend bedoeld om een standaardvolume te boosten als cache. Wil je een SSD aansluiten voor klassieke flashopslag, dan moet je 2,5 inch SATA-drives in de HDD-bays stoppen.

Uitstekende software

De configuratie van de cache gebeurt net als de rest van het beheer via Synology’s Disk Station Manager (DSM). Die software zit op het moment van schrijven aan versie 6.2.1 en is beter dan ooit. DSM leunt meer aan bij een volwaardig besturingssysteem dan een NAS-interface en blinkt uit in gebruiksvriendelijkheid.

Hoewel de interface van andere NAS-fabrikanten, en dan vooral Qnap, er de laatste jaren ook flink op vooruit is gegaan, blijft er in onze ogen geen echt vergelijk. QTS 4.3.5 is ook een krachtig besturingssysteem boordevol functies, maar in vergelijking met DSM 6.2.1 loop je in het OS van Qnap toch meer verloren langs de ene kant, terwijl je je beperkter voelt langs de andere. De interface ziet er gedateerd uit, die van Synology is net strak, minimalistisch en modern.

Om aan de slag te gaan stop je de nodige HDD’s en SSD’s in de NAS, sluit je het toestel aan op je netwerk, schakel je het ding in en surf je naar find.synology.com. Een duidelijke wizard gidst je door de installatie. Iedereen die zich een beetje vertrouwd voelt met computers en niet panikeert bij termen als RAID, krijgt deze NAS in gang getrapt.

Van back-up tot hypervisor

De kracht van Synology schuilt meer in de software dan in de hardware. Een enorm portfolio aan Synology-applicaties staat klaar in de appwinkel om de NAS om te toveren tot een veelzijdige serveroplossing, die meer dan voldoende functionaliteit biedt voor het gros van de kmo’s. Denk daarbij aan een batterij aan back-up-apps voor zowel de NAS zelf, computers op je netwerk of bestanden in de cloud (Office 365 en G Suite).

Je kan een Active Directory aanmaken, een mailserver configureren (en eenvoudig importeren van bijvoorbeeld Office 365) en je krijgt met Drive een volwaardig OneDrive-alternatief dat lokaal draait in plaats van op Microsofts cloud. Verder krijg je van Synology een online kantoorpakket, chat- en collaboratiesoftware, en dan hebben we het grote aanbod aan applicaties van derden nog niet aangeraakt.

Sinds enkele jaren heeft Synology met de Virtual Machine-manager zelfs eigen VM-managementsoftware, inclusief hypervisor. We krijgen wel VM’s opgestart op deze NAS, maar in de praktijk zijn de rekenkracht en de beschikbare 4 GB geheugen te beperkt om een virtuele machine met een volwaardig desktop-OS vlot te draaien. Zelfs voor experimenteerdoeleinden lopen we tegen een muur aan.

De drives

De M.2’s als cache instellen gaat eenvoudig via de SSD Cache-optie in de Storage Manager. Daar voorziet Synology een SSD Cache Advisor om je een idee te geven van hoeveel cache je echt nodig hebt. Om iets te hebben aan die analyse, dien je de NAS natuurlijk eerst zonder cache te gebruiken. Anders kan de tool niet inschatten wat precies ideaal is voor jouw workload.

 

Seagate Ironwolf 4TB

 

Wij testten de NAS met 4 TB Ironwolf NAS-HDD’s van Seagate in een Synology Hybrid Raid-configuratie (SHR). SHR betekent gewoon dat Synology de optimale RAID-configuratie kiest voor de hoeveelheid beschikbare schijven en capaciteiten. Verander je de beschikbare drives, dan herconfigureert SHR de drives automatisch. In de M.2-slots stoppen we 1 TB WD Black SN750 SSD’s van Western Digital, wat overkill is voor de meeste scenario’s.

Seagate heeft een samenwerking met Synology, waardoor de Ironwolf-drives met hun eigen logo in de NAS verschijnen. Bovendien krijg je toegang tot IronWolf Health, rechtstreeks vanuit het Health Info-tabblad in de Storage Manager. Dat is een geavanceerde versie van de klassieke S.M.A.R.T-tests, waarbij 200 parameters in rekening worden gebracht.

We testten de capaciteiten van de NAS eerst zonder en daarna met cache. We focussen ons op opslag en dan vooral niet-sequentiële workloads, aangezien de beperkende factoren in snelheid voor de HDD’s niet deze gigabit-NAS, maar het netwerk en de drives zijn. Synology claimt zelfs bij versleuteling een snelheid van 225 MBps te garanderen en dat lijkt tijdens onze tests te kloppen.

Resultaten

We testen onze opstelling eerst zonder SSD-cache om een idee te krijgen van de prestaties van ons testsysteem in het testnetwerk. Daar halen we consequent sequentiële lees- en schrijfsnelheden van 118 MBps voor een testbestand van 2 GB. De random lees- en schrijftests zijn echter interessanter, omdat het cachegeheugen daar het grootste verschil moet maken. Standaard krijgen we 73 MBps leessnelheid voor 4k random schrijfopdrachten. De tol op schrijfopdrachten is zoals verwacht het zwaarst, met een snelheid van 19 MBps.

Vervolgens activeren we onze M.2-drives als cache via de Storage Manager. Een eenvoudige wizard laat ons toe om in enkele muisklikken de cache aan te maken. Stop je twee M.2-drives in de NAS, dan moet je die verplicht alle twee gebruiken voor de cache. De RAID-opties zijn beperkt. We kunnen geen RAID-0 selecteren voor extra snelheid, dus kiezen we noodgedwongen voor RAID-1, waarvan de meerwaarde in deze situatie eerder beperkt is. Het duurt enkele seconden om de SSD-cache aan te maken, waarna het geheel automatisch geconfigureerd wordt. We gaan aan de slag met een cache van 465 GB.

 

Synology Storage Manager

 

Voeren we onze benchmarktest opnieuw uit, dan krijgen we zoals verwacht exact dezelfde resultaten voor de sequentiële opdrachten. Random zien we een flinke verbetering: de leessnelheid gaat met ongeveer 15 procent omhoog naar 115 MBps, terwijl we voor de 4k random schrijfopdrachten een winst kunnen optekenen van maar liefst 350 procent: de NAS levert een resultaat van 66 MBps af.

De test toont aan hoe de toevoeging van de M.2 SSD-cache in deze NAS voor een onmiddellijke en voelbare prestatiewinst kan zorgen tegenover oudere modellen.

Conclusie

De Synology DS1019+ is opnieuw een erg capabele NAS. Als 5-bay NAS met focus op opslag, standaardapplicaties en multimediadoeleinden presteert het toestel zo goed als je kan verwachten. Gebruiksvriendelijkheid staat centraal, zowel in de hardware als de software. Schijven installeren is kinderspel en kan zonder schroeven, terwijl DSM van deze NAS een heuse instapserver maakt.

Uniek is natuurlijk de optie om cache te installeren via M.2 NVMe-SSD’s en dat voegt een voelbare meerwaarde toe. Natuurlijk is de NAS niet zo snel als een all-flashoplossing, maar zeker bij random lees- en schijfopdrachten voel je het verschil. Dat is erg interessant voor wie rechtstreeks vanop de NAS met bestanden wil werken of voor applicaties die op het toestel zelf draaien.

Een volledige server is de DS1019+ niet. Daarvoor is de Celeron-cpu een stuk te licht. Met de volle 8 GB RAM (die beschikbaar is in dit model) en een iets krachtigere processor zouden we deze NAS een gouden medaille geven. Nu lopen we hier en daar tegen een beperking aan. In de praktijk gaat het daarbij telkens om niche-toepassingen. Als NAS die centraal staat in de meeste kmo-omgevingen vinden we dit toestel dan ook perfect.

.pro’s

  • Eenvoudige bays
  • Extra M.2-slots voor cache
  • DSM-software
  • Uitbreidbaar met 5 extra bays

.contra’s

  • Geen USB-C-aansluiting
  • Lichte processor

nieuwsbrief

Abonneer je gratis op ITdaily !

  • This field is for validation purposes and should be left unchanged.