Workstations krijgen van Nvidia twee nieuwe budgetopties: RTX A400 met 768 CUDA-kernen en RTX A1000 met 2.304 CUDA-kernen. Beide draaien op de Ampère-architectuur.
Nvidia lanceert twee nieuwe grafische kaarten voor workstations. Niet de nieuwste Ada Generation-kaarten gebaseerd op de 5 nanometer Ada Lovelace-architectuur, maar wel de vier jaar oude Ampère-architectuur (8 nanometer).
De Nvidia RTX A400 krijgt 4 GB GDDR6 RAM aan boord, 768 CUDA-kernen, 24 Tensor-kernen en een geheugenbandbreedte van 96 GB/s. Het maximale energieverbruik bedraagt 50 watt. Nvidia laat weten dat de kaart 2,7 TFLOPS aan rekenkracht biedt (single-precision).
Wie meer wil, kan terecht bij de Nvidia RTX A1000 dat dubbel zoveel of meer biedt: 8 GB GDDR6 RAM, 2.304 CUDA-kernen, 72 Tensor-kernen en een geheugenbandbreedte van 192 GB/s. Ook hier ligt het maximale verbruik op 50 watt. De kaart levert tot 6,7 TFLOPS aan rekenkracht (single-precision).
Beide grafische kaarten zijn compact en hebben maar een PCI-slot in hoogte nodig. De Nvidia RTX A1000 is vanaf vandaag beschikbaar. De Nvidia RTX A400 wordt begin mei verwacht. Richtprijzen deelt Nvidia niet mee, omdat het zelf de kaarten niet vervaardigt. Het rekent daarvoor op partners zoals bijvoorbeeld PNY en die bepalen de prijs.