Hoewel België performant mobiel en bekabeld internet heeft, is de mediaansnelheid niet zo hoog. Ons land zakt bovendien in de globale ranking, afgaande op cijfers van Ookla.
De mediane Belgische internetsnelheid over een vaste lijn bedraagt 95,86 Mbps. Het Belgische mobiele internet is zowaar iets sneller, met een mediane downloadsnelheid van 116,69 Mbps. Dat weet Ookla, dat synoniem staat met internetsnelheidstests en de cijfers deelt in een jaarlijks rapport. De cijfers hebben betrekking op de connectiviteit in de tweede helft van 2024, tot en met december.
Mobiel internet
Echt hoog zijn die snelheden niet wanneer we vergelijken met andere landen. Wat mobiel internet betreft, staat België op plaats 42 achter Oostenrijk. Vorig jaar was dat nog plaats 40. Ter vergelijking: Nederland staat op de elfde plaats met 173,49 Mbps, Luxemburg op plaats 18 met 148,34 Mbps en Frankrijk op plaats 22 met 133,12 Mbps. Van onze EU-buurlanden doet enkel Duitsland het slechter met 68,51 Mbps, goed voor een 59ste plek.
Het snelste mobiele internet vinden we in de Verenigde Arabische Emiraten (543,91 Mbps), Qatar (522,48 Mbps) en Koeweit (309,07 Mbps). Het eerste Europese land op de lijst staat op plek vier: Bulgarije heeft een mediane bekabelde internetsnelheid van 249,73 Mbps.
De cijfers zijn geen grote verrassing. België heeft lang getalmd met de veiling van 5G-spectrum, waardoor de uitrol in ons land laat op gang kwam. Zo hebben onze providers een achterstand opgebouwd.
Proximus kampioen
Proximus is volgens Ookla de snelste provider, met een mediane snelheid van 101,22 Mbps. Orange volgt op plaats twee (80,62 Mbps) en Telenet op plek drie (73,27 Mbps). Het rapport merkt nog op dat ook de uploadsnelheid bij Proximus goed is (12,26 Mbps), en de latency het laagst (39 ms). Door die factoren verdient Proximus de Belgische kroon.
lees ook
Orange zet ‘echte’ 5G open voor de Antwerpse haven, Defensie en NMBS
De provider zelf gaat er in zijn marketing geregeld prat op het meest performante netwerk te hebben, en deze cijfers staven die claim. Daarbij mogen we dus wel de kanttekening maken dat de kwaliteit en snelheid van het netwerk internationaal gezien niet zo spectaculair is.
Per stad
Ookla deelt nog cijfers per stad, opnieuw gebaseerd op de mediaan. Net als vorig jaar komt Gent daarbij als snelheidskampioen uit de bus, gevolgd door Antwerpen en Luik. Ookla benadrukt dat Brussel de laagste snelheid van alle grote Belgische steden heeft. Ook dat hoeft niet te verrassen, gezien de eeuwige discussie over stralingsnormen in de hoofdstad.
Vast internet
Wat vast internet betreft, doet ons land het slechter. Daar staat België pas op plaats 47 met een mediane downloadsnelheid van 116,69 Mbps. Ook dat is lager dan vorig jaar: België zakt één plek.
De cijfers zullen weinigen echt verrassen. Om te beginnen zijn er nog heel wat Belgische aansluitingen op een vDSL-netwerk. Aanbieders als Proximus adverteren daarvoor snelheden van 100 Mbps, maar de technologie is erg gevoelig voor externe factoren zoals afstand van een aansluitingspunt, waardoor vDLS-klanten dergelijke snelheden doorgaans niet halen. Goedkope abonnementen zoals dat van Scarlet bieden zelfs maar 30 Mbps en halen de mediaan verder omlaag.
Wie zijn internet via de coax-kabel ziet binnenkomen, bijvoorbeeld via Orange of Telenet, geniet doorgaans van hogere snelheden. 100 Mbps is daar de standaard, met al snel een verdubbeling voor zwaardere abonnementen.
Remmende voorsprong
Glasvezel-aansluitingen zijn nog sneller, maar al bij al nog redelijk zeldzaam bij ons vergeleken met andere landen. De uitrol van fiber kwam pas laat op gang in België, voor een stuk omdat het coax-netwerk lange tijd bovengemiddeld performant was. De wet van de remmende voorsprong zorgt nu voor minder rooskleurige cijfers. Er is een kloof ontstaan tussen gebruikers van vDSL enerzijds, en coax en fiber anderzijds, met 116,69 Mbps als mediaan.
We meten ons ter illustratie nog eens met Nederland (202,75, plek 21), Frankrijk (290,75, plek 5) en Luxemburg (178,4, plek 30). Gelukkig zijn er ook hier de Duitsers nog, die het met plek 55 en 96,33 Mbps slechter doen.
De koningen van het bekabeld internet vinden we opnieuw aan de andere kant van de wereld. De top drie bestaat uit Singapore (345,33 Mbps), de Verenigde Arabische Emiraten (313,55 Mbps) en Hong Kong (312,48 Mbps). IJsland is op plek vier het eerste Europese land (295,55 Mbps).
vDLS & Burkina Faso
Wat de kwaliteit van de Binnenlandse netwerken betreft, maakt Ookla een onderscheid tussen Proximus Internet (vDSL) en Proximus Fiber (glasvezel). Het spreekt voor zich dat de exclusieve fiber-afdeling veruit het snelste internet in ons land kan leveren, met een mediane downloadsnelheid van 301,81. Dat illustreert vooral dat glasvezel de toekomst is, en een snelle uitrol in ons land gestimuleerd mag worden.
lees ook
Surfen op gigabitgolven: Belgische telecomproviders racen naar 10 Gbps
De snelste traditionele provider is Telenet (175,52 Mbps), gevolgd door VOO (167,12 Mbps). Ookla stelt echter vast dat de combinatie van uploadsnelheid en latency iets gunstiger is bij VOO, waardoor dat netwerk net een hogere ranking krijgt.
Orange biedt internet aan over het coax-netwerk van Telenet en heeft instapabonnementen die lijken aan te slaan. Dat vertaalt zich in een lager downloadsnelheid, die wel nog boven de 100 Mbps blijft.
Het valt op hoe erbarmelijk een vDLS-aansluiting vandaag is. Proximus Internet haalt de slechtste score, nog achter budgetprovider Scarlet. Ookla deelt geen detailcijfers, maar wel een score, die ook upload en latency in rekening brengt. Voor Proximus is die score 51,04, vergeleken met 135,43 voor Orange en 161,17 voor Telenet. Moest ons land enkel vDSL-netwerken hebben zoals hetgene dat Proximus en Scarlet gebruiken, dan zouden we rond plek 100 op de ranking scoren, niet zo ver van Burkina Faso.
Blij met fiber
Tot slot deelt Ookla nog tevredenheidscijfers zoals gerapporteerd door gebruikers van de speedtest. Die tonen aan dat fiberklanten bij Proximus het meest tevreden zijn, gevolgd door klanten van Orange. Die provider krijgt een significant hogere tevredenheidsscore dan Telenet (3,31 vs. 3), met VOO daar tussenin (3,19). De vDSL-providers bengelen weinig verrassend onderaan.
Het rapport van Ookla biedt boeiende inzichten, al moeten we wel enkele kanttekeningen maken. Zo zijn de cijfers voor een stuk afkomstig van zelfrapportage. Er is dus geen garantie dat de uitgevoerde meningen helemaal representatief zijn, al liggen de cijfers wel in de lijn van de verwachtingen.
Dubbel voetschot
Daarbij valt het op dat België zichzelf twee keer in de voet heeft geschoten. De trage en late uitrol van 5G laat zich duidelijk voelen. Ons land scoort niet heel goed, ondanks het kleine grondgebied. Er zijn hier weinig landelijke gebieden die de mediaan omlaag kunnen trekken, zoals in bijvoorbeeld Frankrijk wel het geval is.
Ook zien we duidelijk dat België te lang op zijn lauweren heeft gerust met de uitrol van fiber. Moest glasvezel meer alomtegenwoordig zijn, dan zou ons land omhoogschieten in de ranking. vDLS-connecties op het niveau van een ontwikkelingsland temperen de score echter.
De inhaalbeweging verloopt allesbehalve spectaculair. Wereldwijd stijgt de kwaliteit van het internet, en over het algemeen toch nog sneller dan bij ons. Daardoor daalt België plekken in de ranking, zowel voor mobiel als vast.