Windows Server 2022 krijgt preview: wat is er nieuw?

microsoft

Microsoft maakt een preview van zijn volgende Long-Term Servicing Channel-versie van Windows Server beschikbaar. Windows Server 2022 brengt een heleboel nieuwe functies met zich mee.

Op de digitale ontwikkelaarsconferentie Ignite 2021 kondigt Microsoft aan dat Windows Server 2022 als preview beschikbaar is. De versie van Windows Server zal onderdeel worden van het Long-Term Servicing Channel. In dat kanaal plaatst Microsoft versies van het serverbesturingssysteem die tien jaar lang ondersteuning zullen genieten en geen feature updates krijgen. Windows Server 2022 is met andere woorden bedoeld voor organisaties die een stabiel en onveranderlijk OS zoeken waar ze het komende decennium op kunnen bouwen.

Het besturingssysteem bouwt voort op het populaire Windows Server 2019. Microsoft breidt de functionaliteit uit met een aantal nieuwe functies en zet de belangrijkste daarvan in de schijnwerpers.

Beveiliging over meerdere lagen

Windows Server 2022 bevat nieuwe ingebouwde beveiligingscapaciteiten zoals de Secured-core-server. Doe functionaliteit combineert een krachtige bescherming tegen bedreigingen met security over meerdere lagen, van hardware over firmware tot OS. Het systeem gebruikt TPM 2.0 en System Guard om Windows Server op een veilige manier op te starten. Dat moet het risico van eventuele kwetsbaarheden op firmwareniveau mitigeren.

Verder bevat Secured-core server beveiliging op basis van virtualisatie. Daaronder verstaat Microsoft de integratie van Credential Guard en Hypervisor-protected code integrety (HVCI). Met HVCI zorgt Microsoft ervoor dat eventuele malware geen kans krijgt om met het systeem zelf te prutsen.

Microsoft bouwt tot slot nog een extra laag beveiliging in die zich focust op data in beweging. Windows Server 2022 bevat een snellere en beter versleutelde implementatie van GTTPS met TLS 1.3 als standaard. Klanten kunnen communicatie met de server nog verder verbeteren met AES-256-versleuteling. Die ondersteunt voortaan het SMB-protocol.

Hybride met Azure

Voor Windows Server 2022 integreert Microsoft Azure Arc. Daarmee kan je Windows Server vanop één centrale plaats beheren, ook al staat de hele infrastructuur verspreid over on-premises, edge-locaties of een multicloud-omgeving. Via Arc kunnen beheerders Azure Policy, Azure Monitor en Azure Defender inzetten voor de servers. De functionaliteit kan je activeren via enkele klikken in het Windows Admin Center. Dat Admin Center krijgt bovendien een flink verbeterd VM-beheer, een eenvoudigere event viewer en meer.

Microsoft breidt de functionaliteit van Windows Server 2022 verder nog uit met een naadloze verbinding tussen lokale bestandsservers en exemplaren in de cloud. De Storage Migration Service krijgt een update zodat je de servers eenvoudig kan migreren van NetApp FAS naar Windows Server.

Flexibel applicatieplatform

De nieuwe editie van Windows Server 2022 zal op een efficiëntere manier omgaan met applicaties, zeker in omgevingen waar het OS gebruikt wordt om apps op schaal te draaien. De nieuwe versie bevat zo verbeteringen inzake Windows Containers. De compatibiliteit wordt uitgebreider en de Windows Container-ervaring met Kubernetes wordt beter. In het oog springt de voetafdruk van Windows Containers: die wordt kleiner wat de prestaties ten goede komt.

De Windows Admin Center-tool krijgt ook een update zodat het eenvoudig wordt om .NET-toepassingen in containers te gieten. Zodra een app in een container zit, kan je die via het Azure Container Registry hosten en uitrollen naar andere Azure-diensten, zoals de Azure Kubernetes Service.

Windows Server 2022 ondersteunt krachtige hardware voor veeleisende toepassingen, en kan overweg met systemen die tot 48 TB aan geheugen combineren met 2.048 kernen over 64 fysieke sockets.

Windows Server 2022 moet later dit jaar algemeen beschikbaar komen. De preview kan je per direct downloaden. Meer informatie vind je in dit blog van Microsoft.


nieuwsbrief

Abonneer je gratis op ITdaily !

  • This field is for validation purposes and should be left unchanged.