Internetknooppunt BNIX gaat interconnecteren met LU-CIX. Daarmee verbetert de verbinding tussen België en Luxemburg en kunnen providers datastromen tussen de twee landen optimaliseren.
Luxemburg is binnenkort een beetje dichterbij. Digitaal dan toch, want BNIX gaat in zee met zijn Luxemburgse tegenhanger LU-CIX. BNIX en LU-CIX zijn landelijke internetknooppunten. Ze maken deel uit van de ruggengraat van het internet en verwerken heel wat trafiek van lokale content- en internetproviders. Door een rechtstreekse verbinding tussen het netwerk van BNIX en dat van LU-CIX te voorzien, gaat de latency omlaag. Content gehost in een datacenter in Luxemburg is zo sneller toegankelijk via een provider die BNIX gebruikt.
Binnenweg
BNIX, dat beheerd wordt door Belnet, claimt dat ook de veiligheid van het grensoverschrijdende verkeer erop vooruit gaat. De twee partijen hebben in eerste instantie een samenwerkingsovereenkomst getekend. Ze zijn ervan overtuigd dat het lokale en regionale internet er met de samenwerking op vooruit zal gaan. Trafiek hoeft zo immers niet meer langs andere internationale knooppunten te lopen.
“Deze geografische uitbreiding creëert meer mogelijkheden voor de participanten die op het BNIX-platform zijn aangesloten”, zegt Stefan Gulinck, Network Architect bij Belnet. “In deze tijden zien we deze samenwerking als een logische stap. Onze organisaties delen een gemeenschappelijke filosofie en waarden als neutraliteit, openheid, betrouwbaarheid en internetveiligheid”, voegt Claude Demuth, voorzitter van LU-CIX, toe.