Containers ontpoppen zich tot de norm voor cloud-native computing terwijl de technologie enkele jaren geleden nog een nobele onbekende was. Ons land stond, misschien enigszins verrassend, mee aan het voorfront van de ontwikkeling ervan.
België heeft de naam om op technologievlak een beetje achterop te hollen in vergelijking met de buurlanden en al zeker met Nederland. “Ons land is soms conservatief”, bevestigt Stef Schampaert, Country Manager van Red Hat in België. “We springen vaak iets later op de kar, maar in het geval van cloud en containers accelereert de adoptie vandaag sneller dan in de buurlanden. Sterker nog, wat containers betreft, is België een voortrekker in Europa.”
OpenShift
Red Hat zet vandaag sterk in op containers met zijn OpenShift-platform. “We hebben momenteel een zeventigtal Belgische klanten die op containers vertrouwen om nieuwe applicaties te bouwen. Daar zitten grote namen tussen.” Proximus valt onder die noemer. De provider draait vandaag zijn hele online-omgeving in OpenShift in productie. Die evolutie is bliksemsnel gegaan, beseft Schampaert. “Amper drie jaar geleden was OpenShift weinig meer dan een speeltuin voor ontwikkelaars. Twee jaar geleden zetten de moedigste organisaties hun eerste stapjes, door niet al te kritische toepassingen via OpenShift en Kubernetes in containers te duwen, en vandaag zijn containers voor velen plots de norm.”
OpenShift omvat containersoftware gebouwd rond Docker-containers en het Kubernetes-orchestratieplatform. Net als alle andere software van Red Hat, is de broncode opensource. “Red Hat is één van de eersten die voor honderd procent op Kubernetes heeft ingezet”, herinnert Schampaert zich. Hij ziet die zet als de voornaamste sleutel voor het succes van de Linuxspecialist vandaag.
De basis in België
Red Hat OpenShift kwam tot stand dankzij de input van early adopters. Eén van de grootste pioniers in het gebruik van containers houdt hoofdkwartier nabij het Zuidstation in Brussel. “Smals was één van de eerste organisaties in de EU om in te zetten op een containerplatform”, weet Schampaert. “De ICT-dienst van sociale overheidsinstellingen omarmde OpenShift vijf jaar geleden al: een eeuwigheid in containerland.”
Smals wierp zich in 2015 op containers onder impuls van besparingen. De regering verkleinde het ICT-werkingsbudget van de overheid destijds met 20 tot 30 procent, waardoor de dienst een drastisch nieuwe aanpak moest zoeken. Het antwoord op die uitdaging was G-Cloud: een multi-tenant Platform-as-a-Service voor meerdere overheidsdiensten, gebaseerd op containers en wat toen OpenShift v2 was.
Meteen in productie
“We keken in 2015 niet alleen naar OpenShift voor enkele technologische experimenten”, verduidelijkt Jan-Frans Lemmens van Smals. “Vanaf de start bouwden we een groep van zeer kritieke e-governmenttoepassingen in testing, acceptatie én uiteindelijk productie.”
De combinatie van kritieke toepassingen in een multi-tenant-omgeving maakte dat Smals geregeld tegen de limieten van OpenShift v2 aanliep. “Voor de beveiliging en de harde afscheiding tussen gebruikers zocht Smals samen met Red Hat naar oplossingen.” Ingenieurs van Smals hielpen hun collega’s bij Red Hat met suggesties, oplossingen en testing. Een deel van de nieuwe functionaliteit die haar opwachting maakte in OpenShift v3 ontstond zo met dank aan de overheidsinstantie.
Voorbeeldfunctie
De verhuis naar een containergedreven architectuur gebouwd op OpenShift kwam er dan misschien wel onder impuls van financiële perikelen, het zorgde ervoor dat Smals, en bij uitbreiding ons land, mee aan de wieg stonden van wat OpenShift vandaag is. “De overheid geldt typisch niet als enorm innovatief, maar het containerverhaal verduidelijkt dat het wel kan. We waren er met containers erg vroeg bij tot groot enthousiasme van onze technische mensen, al zorgde dat ook voor de typische moeilijkheden waarmee een early adopter kampt”, vertelt Lemmens nog. Schampaert: “De pioniersrol van Smals zorgde ervoor dat grote bedrijven nog op bezoek zijn geweest bij de ICT-specialist om de nieuwe technologie in actie te zien.”
De overheid geldt typisch niet als enorm innovatief, maar het containerverhaal verduidelijkt dat het wel kan
Vandaag blijven containers de norm voor de G-Cloud, waarop tal van overheidstoepassingen draaien. “Alle nieuwe applicaties worden erop gebaseerd, tenzij dat om een bijzondere reden niet de beste keuze is”, weet Lemmens. “Intussen rolden we meer dan 4.000 configuraties uit, goed voor 12.000 containers in totaal, gebruikt door 19 verschillende instellingen.”
Vergeet de hype, zoek een reden
Smals is lang niet de enige voor wie het enthousiasme voor containers alsmaar toeneemt. Momenteel groeit de containermarkt als een kool, in België en wereldwijd. Gartner voorspelde pas nog dat 75 procent van de wereldwijde organisaties tegen 2022 containers in productie gaat draaien. “Overal waar organisaties snel willen innoveren, winnen containers aan belang”, ziet Schampaert. OpenShift bekoort in België grote financiële instellingen, overheidsdiensten zoals Smals en grote industriële bedrijven. De kmo-markt blijft de kat nog wel even uit de boom kijken. “70 tot 80 procent van onze OpenShift-klanten komen uit de enterprise-wereld”, weet hij.
Lees ook: Alle wegen leiden naar Red Hat
Smals had een goede reden om containers te omarmen en dat is essentieel. “Containers kiezen omdat je hoorde dat ze innovatief zijn, is een slecht idee”, waarschuwt Schampaert. “Waar wil je met je business naartoe? Waarom denk je dat containers zullen helpen? Heb je concrete plannen, of wil je containers gebruiken omdat het hip is en de concurrentie ermee aan de slag gaat?” Hij heeft zelf weet van een klant die erop stond OpenShift te implementeren, zonder duidelijke strategie. “Een jaar na de uitrol blijft het platform ongebruikt.”
De toekomst draait minstens voor een deel in containers, en een significant aandeel daarvan wordt ongetwijfeld gemanaged door OpenShift. Wanneer het opensourceplatform zijn intrede maakt in jouw onderneming, weet dan dat het platform deels vorm kreeg met dank aan Smals in Brussel. Durf dus nog eens te zeggen dat ons land achter de feiten aanholt, of de overheid niet kan innoveren.