Intel pakt uit met de Cascade Lake X line-up van high end-desktopprocessors. De toevoeging van meer PCIe-lanes en betere Turboboosttechnologie verbleekt naast de halvering van het prijskaartje onder invloed van AMD’s concurrerende aanbod.
Hoe belangrijk is AMD als geloofwaardige concurrent voor Intel in processorland? Intel beantwoordt die vraag met de introductie van Cascade Lake X. De high end-chips uit de X-reeks zijn gericht op prosumers en staan in de markt als de krachtigste desktopprocessors van de fabrikant, Xeon W buiten beschouwing. Traditioneel loopt het prijskaartje op tot net geen 2.000 dollar (voor de 18-core Core i9-9980XE bijvoorbeeld). Aan dat prijspunt wordt Intels aanbod simpelweg uitgelachen door AMD’s Threadripper-chips. De TR 2970WX krijgt voor zijn 24 kernen een adviesprijs van 1.299 dollar.
Gekelderde prijs
Voor Cascade Lake X kan Intel die realiteit niet langer negeren. De oplossing: het nieuwe aanbod wordt gelanceerd met een adviesprijs die ongeveer 50 procent lager ligt vergeleken met de rechtstreekse voorgangers van de chips. Vlaggenschip Core i9-10980XE volgt de eerdergenoemde 18-core-chip op, en gaat over de toonbank voor 979 dollar. Dat geeft je meteen een idee van de marges die Intel voor zichzelf heeft opgebouwd na een decennium van marktdominantie.
Het nieuwe aanbod wordt gelanceerd met een adviesprijs die ongeveer 50 procent lager ligt.
Het gehalveerde prijskaartje onder invloed van AMD is zonder twijfel de grootste vernieuwing voor Cascade Lake X, al gebeurt er ook onder de motorkap heel wat dat het vermelden waard is. Cascade Lake X maakt deel uit van Intels tiende generatie van processors, maar wordt niet om 10 nm gebakken. Productieproces van dienst blijft één of andere iteratie 14 nm. Intel lijkt zelf (wijselijk) gestopt met de 14+++++ ad infinitum-benaming, dus we gaan er gewoon van uit dat het de modernste versie is.
Meer boost
Een combinatie van het verbeterde proces en uitgepuurde architectuur laat Intel toe om de kloksnelheid van de nieuwe chips een boost te geven tegenover de vorige generatie. Voor de Core i9-10980XE blijft 3.0 GHz de basisfrequentie, maar de boostfrequentie klimt naar 4,8 GHz vergeleken met 4,5 GHz voor de negende generatie.
In totaal introduceert Intel vier nieuwe componenten. De Core i9-10940X met 14 kernen, de Core i9-10920X met twaalf en de 10 core-Core i9-10900X vervolledigen het aanbod. De eerste twee zijn net als het vlaggenschip rechtstreekse opvolgers van X-chips uit de negende generatie met een identieke basisfrequentie maar een hogere boostklok. De laatste chip volgt de Core i9-9900X op en is het enige component dat een upgrade van de basisklok krijgt: 3,7 GHz komende van 3,5 GHz.
De hogere boostfrequenties komen samen met een verbeterde Turboboost-technologie. Turboboost Max 3.0 identificeert de vier best presterende kernen van iedere chip. Twee daarvan kunnen op de hoogste frequentie gebracht worden, de andere twee tot op 100 MHz van die boostfrequentie. Dat is een verschil met de vorige generatie, waar slechts twee kernen werden geoptimaliseerd. Om de technologie optimaal te benutten werkt Microsoft aan een verbeterd scheduling-systeem in de volgende grote update van Windows. Die moet processen optimaal verdelen over rekenkernen rekening houdend met de boostcapaciteit.
PCIe, geheugen en AI
Intel stopt verder meer PCIe-lanes in Cascade Lake X: van 44 gaat het naar 48. Team blauw blijft wel vastklampen aan PCIe 3.0, waar AMD al met PCIe 4.0 werkt dat een dubbele bandbreedte biedt. Wie een high end-systeem in elkaar wil boksen met de snelst mogelijke SSD-opslag, moet daar rekening mee houden. X299 blijft trouwens de chipset van dienst, al zal je een nieuwe moederbord moeten kopen om de extra PCIe-lanes te benutten.
Intel blijft vastklampen aan PCIe 3.0, waar AMD al met PCIe 4.0 werkt.
Intel schroeft verder de maximale ondersteunde geheugensnelheid op. DDR4 2933 MHz is de nieuwe standaard, met quadchannel-ondersteuning voor alle chips. De maximale geheugencapaciteit verdubbelt ook, tot 256 GB.
Verder zijn nog enkele technische verbeteringen noemenswaardig, zoals de op AI-gebaseerde deep learning-boost. Die moet de prestaties bepaalde van FP19 en INT8-workloads verdubbelen of zelfs verdrievoudigen, wat interessant kan zijn in tandem met bijvoorbeeld automatische beeldherkenningssoftware voor het taggen en analyseren van foto’s. De chips ondersteunen verder Wifi 6.
De vier nieuwe processors moeten in de loop van november op de markt verschijnen met een adviesprijs tussen de 590 dollar en de 979 dollar. AMD heeft nog enkele 7 nm-threadrippers in de pijplijn zitten. In welke mate Intel met het nieuwe aanbod en de prijsdaling klaar is om daarmee te concurreren, wordt afwachten.
Lees ook: AMD lanceert Ryzen Pro 3000-cpu’s voor zakelijke desktops