Microsoft heeft de eerste preview van .NET 6.0 uitgebracht. In deze uitgave belooft Microsoft ondersteuning voor de Apple M1-chip. Daarnaast komt de preview met destopapplicaties voor ARM64 en veel updates voor frameworks zoals ASP.NET Core.
De .NET 6-preview is beschikbaar voor Windows, macOS en Linux. De desktopapplicatie-frameworks, Windows Forms en Windows Presentation Foundation werken echter alleen op Windows.
In een blog beschrijft program manager Richard Lander .NET 6 als “het laatste deel van de .NET samenvoeging die begon met .NET 5.” Met dat laatste deel verwijst hij naar de integratie van de Xamarin cross-platformtools voor mobiel en macOS. Het Xamarin-merk verdwijnt grotendeels en gaat verder onder de naam MAUI (Multi-Platform App UI).
Ondersteuning voor Apple M1
Een belangrijk onderdeel van de .NET 6 preview is dat ontwikkelaars zich nu ook kunnen richten op apparaten die de Apple M1-chip gebruiken. Volgens Lander vereist deze stap dusdanig veel veranderingen aan de code, dat Microsoft niet overweegt om de verandering ook door te voeren in .NET 5.
Om de nieuwe CPU te ondersteunen, moet Microsoft voldoen aan de vereisten van de runtime van Apple die is bedoeld om de beveiliging te verbeteren. Microsoft geeft aan geen universele binaries te ondersteunen. Voor de .NET 7 update wordt deze keuze heroverwogen, laat Lander weten.
Dankzij de ondersteuning van Apple M1-chips en de integratie van Xamarin richt .NET 6 zich op meer platformen dan ooit tevoren. .NET 6 kan gebruikt worden voor Android, iOS, Apple M1 en Windows ARM64, bovenop de bestaande Windows- en Linux-platformen.
Wat is er nog meer nieuw?
Mogelijk het belangrijkste onderdeel van .NET is ASP.NET Core for web applications en microservices. Er zijn plannen voor een hot reload: een functie waarbij ontwikkelaars veranderingen kunnen doorvoeren aan de code van een draaiende applicatie, zonder deze te moeten herstarten.
Een andere toevoeging is de komst van Micro API’s. Dit pakt een probleem aan voor nieuwe .NET ontwikkelaars: je moet een hele hoop leren om aan de slag te gaan met het bestaande Web API framework dat is gebaseerd op ASP.NET MVC controllers. Met Micro API’s kunnen ontwikkelaars functies uit een bestaand framework halen en deze onafhankelijk gebruiken.
Voor de toekomst is Microsoft nog van plan om ondersteuning voor HTTP/3 en QUIC toe te voegen en om het mogelijk te maken voor single-page applicaties om te werken met moderne JavaScript frameworks.
Microsoft belooft dat er tot de algemene beschikbaarheid in november elke maand een nieuwe .NET 6 preview uitkomt.