Microsoft lanceert tijdens Ignite 2023 zijn eerste processoren van eigen makelij: Azure Maia en Azure Cobalt. De processoren zijn ontwikkeld om de AI- en Azure-diensten te ondersteunen in datacenters.
Microsoft beschouwt Azure Maia en Azure Cobalt als het laatste puzzelstukje. De processoren moeten vanaf begin 2024 van de band beginnen rollen. Microsoft zal de processoren in zijn eigen datacenters stoppen. De productie wordt uitbesteed aan TSMC, maar Microsoft zal op maat gemaakte serverracks voor de chips wel zelf maken.
Maia en Cobalt
Azure Maia is een ‘AI-accelerator’ die is ontwikkeld voor Windows Copilot en Bing Chat. Omdat het design van de chip ook op maat is van hardware in de datacenters, moet dit tot serieuze winsten in prestaties en efficiëntie leiden, schrijft Microsoft in een blog. Voor Azure Cobalt heeft Microsoft gegrepen naar de ARM-architectuur. Deze chip moet de Azure-clouddiensten in zijn geheel efficiënter maken en de ‘performance per watt’ van elke server optrekken.
Verder blijft Microsoft eerder schaars over de specificaties van de chips. Er wordt in het persbericht niet gesproken over kernen, flops, geheugen of bandbreedte en er zijn ook nog geen benchmarks beschikbaar. We moeten het doen met een statement van OpenAI’s CEO Sam Altman die uiteraard zeer enthousiast is over de processoren. Er is dus geen manier om Maia te vergelijken met de eveneens vers aangekondigde H200 Hopper van Nvidia.
lees ook
Nvidia lanceert H200 Hopper met HBM3e-geheugen
Microsoft zal Maia en Cobalt voornamelijk intern inzetten, al kunnen Azure-klanten er ook hun zware workloads op wegzetten. Daar voegt Microsoft ook nog een Azure Boost aan toe, een systeem dat opslag en netwerken sneller maakt.
Wat je zelf doet, doe je beter
De binnenshuis ontwikkelde processoren hebben groot strategisch belang voor Microsoft. De softwarereus is al sinds 2016 bezig met het ontwikkelen van eigen hardware voor zijn datacenters. Processoren passen perfect in die plannen. Nu beschikt Microsoft over processoren die geoptimaliseerd zijn voor de Azure-clouddiensten.
Microsoft wil vooral ook minder afhankelijk zijn van externe partijen. AI-diensten zoals Windows Copilot en Bing Chat kosten Microsoft tonnen geld, omdat het dure processoren moet aankopen bij Nvidia. Door de AI-chips zelf te ontwikkelen, bespaart het op die manier al heel wat kosten.
Dat wil niet zeggen dat Microsoft plotsklaps al zijn banden met Nvidia doorknipt. Microsoft kondigt virtuele machines op maat gemaakt voor de H100 Hopper GPU en zal de nieuwe generatie H200 vanaf volgend jaar aanbieden via Azure.