AWS test momenteel een Snowcone-edge-computer aan boord van het Internationale Ruimtestation. AWS is echter niet de eerste die aardse hardware in de ruimte uitprobeert.
Aan boord van het ISS zweeft een AWS Snowcone-edge-server. Snowcone-servers omvatten capaciteiten van AWS is een mobiele en robuuste behuizing. De cloudspecialist richt zich met de toestellen op klanten die rekenkracht nodig hebben in uitdagende omgevingen met beperkte internetconnectiviteit. Het Internationale Ruimtestation is in dat opzicht een zeer geschikte locatie voor de server.
Het toestel is verbonden met de systemen van het ISS en werd gebruikt voor objectherkenning aan de hand van een machine learning-algoritme. Dat helpt met het catalogiseren van al het materiaal dat in het ISS arriveert of terug naar de aarde wordt gestuurd. De computer is intussen opnieuw op de begane grond.
Ultieme edge-locatie
De bandbreedte tussen het ISS en de aarde volstaat niet om data rechtstreeks naar datacenters op de begane grond te sturen. Het ruimtestation is zo een schoolvoorbeeld van een ideale edge-locatie, waar initiële verwerking van gegevens best zo dicht mogelijk bij de data gebeurt. Voor toekomstige missies naar de maan en Mars worden dergelijke capaciteiten nog belangrijker.
De AWS Snowcone-server in het ISS is geen speciaal toestel, maar het werd wel vijf maanden lang getest door NASA om het te certifiëren. Het toestel moest onder andere vacuüm overleven en mag niet uit elkaar trillen tijdens de lancering.
Niet de eerste
AWS is niet de eerste die een aardse server naar het ISS stuurt. HPE vierde in april één jaar analytics aan boord van het ruimtestation met zijn Spaceborne Computer-2, die gebaseerd is op een Converged EL4000 edge-systeem en een HPE ProLiant DL360-server. De experimenten tonen aan dat robuuste hardware gebouwd voor de aarde zonder al te veel moeite ingezet kan worden voor belangrijke buitenaardse activiteiten.