Verschillende techfabrikanten verhuizen hun productie deels uit China. Zo proberen ze de Amerikaanse tarieven opgelegd door president Trump te omzeilen. De productie verhuist niet naar de VS.
Als reactie op een aankomende importtaks gericht op de impact van technologische producten vanuit China, verhuizen verschillende bedrijven hun productie. De verhoogde importtaks maakt deel uit van de handelsoorlog die de Amerikaanse president Trump met China voert. Die wil een betere handelsdeal onderhandelen en het handelsoverschot tussen de VS en China verkleinen. Momenteel voeren de VS meer in van China dan ze exporteren.
Verhuis
De verhoogde tarieven treffen onder andere onderdelen voor computers en gadgets. Als Nintendo zijn Switch in China blijft produceren, zou het die met de nieuwe invoerregels aan verlies moeten verkopen in de VS. Andere bedrijven zoals Google, Apple en serverfabrikant Winstron Corp treffen maatregelen. Zo verhuist Google de productie van Nest-hardware bedoeld voor de Amerikaanse markt uit China en liet Foxconn al weten aan Apple dat het alle iPhones voor de VS ook ergens anders kan produceren als het zo ver komt.
De voordelen voor de VS lijken beperkt. Zo kiest Google als nieuwe locatie voor de fabricage voor Taiwan en kijkt Nintendo ook naar andere fabrieken in Zuid-Oost Azië. De VS zullen dezelfde hardware dus nog steeds importeren, zij het niet vanuit China.
Meer en meer impact
De Chinezen lieten van hun kant al weten niet mals te zullen zijn voor bedrijven die bezwijken onder Amerikaanse druk. Hoe krachtig dat argument is, valt af te wachten. De lijst van bedrijven die gevolg geven aan de Amerikaanse Huawei-ban wordt bijvoorbeeld nog steeds langer. Ook organisaties zonder hoofdzetel in de VS gaven er al gehoor aan. Intussen zorgt de handelsoorlog ervoor dat bedrijven hun procedures herzien om voorbereid te zijn op een nieuwe realiteit.
Gerelateerd: Huawei verliest toegang tot kritieke ARM chip-ontwerpen