China blokkeert grote overname van Intel

Intel wilde 5,4 miljard dollar neertellen voor de acquisitie van Tower Semiconductor, maar Chinese goedkeuring bleef uit waardoor de deal nu afspringt.

Intel wilde graag Tower Semiconductor kopen maar ziet die plannen gedwarsboomd door China. Voor de Israëlische chipfabrikant wilde de Amerikanen 5,4 miljard dollar neertellen. Tower Semiconductor zou de nieuwe Intel Foundry-divisie goed ondersteunen. Die bedrijfstak, meteen opgericht door CEO Pat Gelsinger bij zijn aanstelling, moet de fabricagecapaciteiten van Intel ter beschikking stellen van derden. Intel wil met andere woorden concurreren met TSMC en Samsung, en hoopte Tower Semiconductor daarvoor in te lijven.

Steek vanuit China

De plannen gaan niet door. De overname gebeurde onder voorbehoud van goedkeuring van internationale regulatoren en de Chinezen liggen dwars. Meer specifiek: de Chinese regulator vertikte het om binnen de vooropgestelde termijn van achttien maanden een uitspraak te doen. Zonder Chinese zegen voor de deadline viel de deal in het water. Intel moet Tower nu een verbrekingsvergoeding van 353 miljoen dollar betalen.

Tower Semiconductor heeft fabrieken in Israël, de VS, Japan en Italië. Het bedrijf richt zich vooral op de fabricage van betrouwbare maar minder moderne chips. Andere internationale regulatoren zagen in de overname geen problemen inzake concurrentie en er is weinig reden voor China om daar anders over te denken.

Dat de goedkeuring er niet komt, bekijk je daarom best in politieke context. Door niets te doen, zendt China een sterk signaal naar de VS en grote Amerikaanse bedrijven. De Verenigde Staten willen voorkomen dat China aan de slag gaat met moderne Westerse technologie en leggen daarvoor handelsbeperkingen op, maar de Chinezen zelf hebben ook tanden. Door in dit geval te verzaken aan een uitspraak, kan China even subtiel prikken.

nieuwsbrief

Abonneer je gratis op ITdaily !

  • This field is for validation purposes and should be left unchanged.
terug naar home