In workstations staat Nvidia synoniem voor de Quadro-reeks van grafische kaarten. Gamers zweren dan weer bij doorgaans aanzienlijk goedkopere GeForce-gpu’s. Is er een wezenlijk verschil tussen de twee, en kan je aan de slag met een GeForce-workstation?
Wie een workstation koopt en voor Nvidia kiest, stapt automatisch in de Quadro-reeks van grafische kaarten. Omgekeerd komen gaming-toestellen standaard met GeForce-kaarten. GeForce-gpu’s zijn in de regel een stuk goedkoper dan Quadro’s, terwijl het duidelijk mag zijn dat het de hardware niet bepaald aan grafische kracht ontbreekt. Waarom komen workstations dan toch met de duurdere Quadro’s?
Optimalisatie en de markt
Het antwoord is tweeledig: voor een stuk gaat het om slimme marktsegmentatie van Nvidia, voor een stuk speelt relevante optimalisatie. Het is eerst en vooral interessant om te weten dat Quadro-chips en hun equivalente GeForce-kaarten op hardwareniveau vrijwel identiek zijn. Op het vlak van aansluitingen wordt de Quadro anders voorzien, maar wat rekenkracht betreft zal je op architecturaal niveau geen verschil merken. De grafische chips zelf zijn met andere woorden identiek. Langs de hardwarekant zijn Quadro-gpu’s dus niet beter of slechter dan GeForce-gpu’s. Het verschil zit in de software en dan specifiek de drivers.
Quadro- en GeForce-chips zijn identiek.
Met zijn GeForce-kaarten richt Nvidia zich volledig op gamers. Dat betekent vanuit een technisch standpunt dat de drivers geoptimaliseerd zijn om de nieuwste spellen te spelen. Precisie is hier minder belangrijk dan snelheid: de framerate moet hoog genoeg liggen om games, doorgaans via DirectX, vlot te kunnen spelen op hoge resoluties. Omdat AAA-titels met regelmaat van de klok uitkomen, zijn de updates voor de drivers legio. Eén van de sterktes van het GeForce-merk zijn de Game Ready-drivers, steeds op maat gemaakt van nieuwe titels.
Kunstmatige beperkingen
Natuurlijk kunnen de gpu’s overweg met OpenGL, maar het is niet hun voornaamste taak. Bovendien schroeft Nvidia de dubbele-precisiecapaciteiten van de grafische kaarten terug en laat die nu net belangrijk zijn voor professioneel gebruik. Tot slot ondersteunen GeForce-kaarten wel degelijk diepe 10 bit-kleuren, maar alleen in volledige schermmodus (lees: tijdens het gamen). In applicaties zoals bijvoorbeeld Photoshop vallen ze terug op 8 bit-weergave. Meer dan genoeg voor de doorsnee gebruiker, maar een beperking voor de professional die de extra kleurdiepte weldegelijk nodig heeft.
Wie 10 bit-kleuren wil in een applicatie, is dus zonder meer aangewezen op Quadro. Ook voor CAD-workloads is Quadro in principe de betere keuze. De superieure driver-ondersteuning voor OpenGL en de volledig opengeschroefde dubbele-precisiecapaciteiten maken dat Quadro-kaarten beter zijn voor de realtime bewerking van 3D-beelden. Framerates liggen hoger en animaties zijn vlotter dan bij vergelijkbare GeForce-hardware.
Professionele ondersteuning
Verder mag je de aard van de ondersteuning niet uit het oog verliezen. GeForce-kaarten zijn gericht op consumenten en worden ook zo behandeld. Quadro-kaarten krijgen daarom te maken met veel minder driver-updates, zodat beheerders ze beter kunnen managen. Bovendien certificeren vendoren van CAD-software Quadro-hardware voor hun programma’s, wat compatibiliteit garandeert. Wat garantie betreft, is er verrassend genoeg geen belangrijk verschil meer vandaag. Nvidia biedt op beide productreeksen drie jaar garantie.
Nvidia biedt op beide productreeksen drie jaar garantie.
Feit is vandaag dat zeker de bovenkant van het GeForce-segment ruim voldoende pk’s aan boord heeft om zelfs zonder specifieke driver-optimalisatie overweg te kunnen met CAD-workloads. Wie een toestel wil om op te werken én op te gamen, is zo altijd beter af met een GeForce-gpu. Omgekeerd is de impact van de verschillende drivers immers groter: Quadro-kaarten zijn niet zo gediend met nieuwe spellen. Toch zien we zelfs dat verschil langzaamaan vervagen.
Professionele prijs
Uiteindelijk komen we dus terug op marktpositionering. Quadro-kaarten zijn professionele kaarten met professionele ondersteuning en een professioneel prijskaartje; GeForce-kaarten rollen van dezelfde band, maar worden behandeld als consumentenproducten en bevatten daarom een aantal beperkingen die professioneel gebruik moeilijker maken. Het onderscheid is vergelijkbaar met dat tussen Intel Core- en Intel Xeon-producten: in het gros van de gevallen volstaat een Core, maar voor specifieke workloads heb je toch een in verhouding veel duurdere Xeon-processor nodig.
Bij het verschil tussen Nvidia Quadro en GeForce is er nog wel één belangrijke kanttekening te maken. De liefhebber die een GeForce-kaart heeft en het aandurft, kan zijn systeem in principe wijsmaken dat de gpu een Quadro is. Dat maakt het mogelijk om de Quadro-drivers te installeren, en het gros van de technische Quadro-voordelen te bekomen. Het lost natuurlijk niets op wat de officiële ondersteuning betreft en blijvende compatibiliteit is niet gegarandeerd.
Gerelateerd: OpenGL: wat is het en waarom gebruiken CAD-programma’s het?