Het datacenter is altijd te groot of te klein, en continu in beweging. Een hybride aanpak dient zich aan om te voldoen aan de huidige uitdagingen op gebied van schaalbaarheid.
On prem, cloud first of iets tussenin? Dat is een vraag waar veel bedrijven mee worstelen. Hoewel de cloud first-strategie grotendeels achter ons ligt, geniet een volledige on prem-omgeving ook niet altijd de voorkeur omwille van schaalbaarheid. Alle deelnemers van het ronde tafelgesprek over datacenters, georganiseerd door ITdaily, zijn het eens over een hybride aanpak. “De juiste workloads op de juiste plaats”, stelt Hendrik Devos, Technical Sales Leader bij Kyndryl.
Ook David Louis, Managing Director van Digital Realty in België, Robbert Lambrechts, Technical Presales Specialist bij Lenovo, Kenneth Deviaene, Senior Solution Sales voor Combell en Thomas Van Tricht, Key Account Manager Cloud & Service Providers bij Schneider Electric zitten rond de tafel.
On prem of cloud first
Louis blikt terug op een trend van vijftien jaar geleden, toen bedrijven massaal hun racks vanonder de trap verplaatsten naar colocaties. “We merken een zeer duidelijke shift in wat klanten vandaag de dag willen”, merkt Devos op. “Waar het eerst begon met een verschuiving van eigen datacenters naar grote colocaties zoals David aankaartte, is er nog een recentere trend die gekend staat als de cloud first strategie. In het verleden werkte ik bij een bedrijf met een ambitieus plan, namelijk de eerste Europese klant worden die volledig op Microsoft Azure zou draaien. Wel, dat is niet gebeurd”, vertelt Devos al lachend. “Die strategie is nadien bijgewerkt van cloud first naar cloud smart, en dat is de filosofie die we nu delen met onze klanten.”
De juiste workloads op de juiste plaats.
Hendrik Devos, Technical Sales Leader bij Kyndryl
“We hebben vandaag een publieke cloud die we niet meer kunnen wegdenken in onze samenleving”, begint Louis. Daar lijkt iedereen rond de tafel het mee eens te zijn. Toch lijkt de cloud first strategie eerder een kortstondige hype te zijn. “Cloudserviceproviders hebben een fantastische job gedaan, alleen valt het financiële plaatje van de cloud vaak tegen”, aldus Devos. En daar wringt voor sommige bedrijven het schoentje. Heel wat klanten zijn reeds van de cloud teruggekeerd.
Of toch hybride
Van on prem, naar cloud first of toch hybride? Iedereen rond de tafel is het erover eens dat hybride modellen vandaag het antwoord bieden. “Vroeger hadden we datacenter A dat verbonden was met datacenter B als back-up. Nu is zo’n eenvoudige connectie bijna onmogelijk met alle verschillende services zoals SaaS- of platformdiensten”, stelt Louis. Het hybride model vereist veel meer interconnectie.
Ook Deviaene merkt deze hybride trend op. “Veel klanten kiezen voor clouddiensten in zowel onze eigen managed cloud als bij hyperscalers, en dit soms in combinatie met zaken die lokaal draaien of in colocatie”. Daar zijn volgens hem verschillende redenen voor. “Latency is er één van, maar ook politieke factoren maken dat ze bepaalde zaken liever lokaal draaien.”
lees ook
Je data on-prem of in de cloud: het is bijzaak (maar heeft wel consequenties)
“De typische bezorgdheden rond de controle van eigen gegevens en privacy is een van de redenen om voor on prem datacenters te kiezen”, gaat Van Tricht verder. “Colocatieproviders spelen in op deze evolutie door edge datacenters te creëren die dichter bij de gebruiker staan en waar data lokaal beheerd worden.” Hij is er eveneens van overtuigd dat IT-infrastructuur altijd een combinatie zal blijven van verschillende oplossingen en diensten, afkomstig van verschillende providers.
Risicoverschuiving
“De cloud biedt voordelen voor een workload die moet schalen of snel geüpgraded moet worden”, verduidelijkt Devos. “Toch zijn er ook workloads die niet klaar zijn voor de cloud of waarbij een businesscase ontbreekt.” Lambrechts pikt hierop in met het ‘TruScale’-model van Lenovo waarbij klanten kunnen kiezen wat ze zelf beheren of willen uitbesteden. In plaats van een vaste infrastructuur te kopen of huren, kan je bij TruScale instappen in een facturatiemodel gebaseerd op kilowatt verbruik van je server.”
Voor Van Tricht is schaalbaarheid dan weer één van de cruciale redenen om voor colocatie te kiezen. “Data zijn exponentieel groeiend, en niemand weet hoe dat zal evolueren. Die onvoorspelbaarheid wordt bovendien groter wanneer we het over AI hebben”, vertelt hij. “Colocatiespecialisten kunnen hier volgens mij een belangrijke rol in spelen omdat bedrijven in staat zullen zijn om te groeien wanneer dat nodig is.”
lees ook
Het datacenter van morgen is klein, nuttig en staat in je woonwijk
Devos ziet hier eerder een risicoverschuiving van schaalbaarheid in. “Het risico wordt eigenlijk doorgespeeld naar colocatieproviders. Enerzijds mogen datacenters niet overvol zitten, anderzijds mag er ook niet te veel leegstand zijn.” Hij merkt dit bovendien in de praktijk op. “Voor klanten lijkt het alsof we oneindig veel ruimte ter beschikking hebben en kunnen schalen wanneer nodig, maar voor ons is dat een continue afweging.” Devos vergelijkt het met hyperscalers. “Daar is het probleem niet fysisch, maar heeft het eerder te maken met elektriciteit en limieten van capaciteit.”
Te groot of te klein
“Het datacenter zal altijd te groot of te klein zijn”, stelt Louis. Sommige bedrijven zullen op een bepaald moment meer ruimte nodig hebben in een datacenter, andere dan weer minder. “We zorgen ervoor dat onze bezettingsgraad zo optimaal mogelijk benut wordt.”
Het datacenter is altijd te groot of te klein.
David Louis, Managing Director van Digital Realty
“Iemand die vandaag een datacenter bouwt, zal een evaluatie maken van de huidige situatie, maar die is veranderlijk”, aldus Louis. Niet alleen op gebied van densiteit, dus de beschikbare oppervlakte, maar ook de hoeveelheid stroom die nodig is en de vereiste specialisatie.
Ook Devos staat sceptisch tegenover bedrijven die zelf een eigen datacenter bouwen. “Technieken zoals koeling en elektriciteitsvoorzieningen evolueren continu en vereisen een bepaalde mate van specialisatie. Rationeel gezien is dat voor bedrijven bijna onhaalbaar”, stelt hij.
Eén van de redenen waarom bedrijven deze zware investering wel zelf zouden maken, is regulatie. Al vindt Devos dit eerder een drogreden. Van Tricht vult aan: eindklanten vereisen van colocatiespecialisten dat ze aan de regelgeving voldoen, net zoals colocaters dat eisen van hun leveranciers. We moeten er allemaal aan voldoen.”
In het midden
Het antwoord op de vraag waar je je workloads vandaag het beste draait, ligt ergens in het midden. Kies je voor on prem, dan is iedereen het erover eens dat je dit best uitbesteed in een colocatie. Bij voorkeur binnen een hybride aanpak, waarbij je de juiste workloads op de juiste plaats zet. Zelf als bedrijf een eigen datacenterruimte bouwen, lijkt in ieder geval steeds minder te verantwoorden.
Dit artikel is onderdeel van een reeks naar aanleiding van de door ITdaily georganiseerde ronde tafel over datacenters. Lees hier meer.