Deze eeuw hebben we allemaal onze eigen digitale tweeling volgens Philips. Waarom hebben we er eentje nodig? Om simulaties en testen op te doen, zodat we vooraf weten wat er allemaal kan gebeuren. Kijkoperaties worden overbodig en reactief genezen evolueert naar een proactieve aanpak.
Philips heeft Techzine uitgenodigd op de High Tech Campus (HTC) in Eindhoven. In heel Nederland werken 11.500 mensen bij Philips, waarvan 8.500 op de HTC. De site wordt trots de slimste vierkante kilometer in Europa genoemd, met meer dan 180 bedrijven en instituten. Philips was de grondlegger van de site in 1960 en heeft veruit het grootste aandeel op vlak van gebouwen.
De site dient voor onderzoek naar wat er vandaag nodig is, maar ook wat er binnen 20 jaar of later interessant is. Wie bij Philips denkt aan de aloude lampenboer, komt best van onder zijn steen gekropen. Het bedrijf lanceerde in 1919 de allereerste X-Ray-machine en is vandaag een gigant binnen de gezondheidszorg.
Digitale kopie
Er gebeurt heel wat innovatie binnen de gezondheidssector, maar tegelijk zit er een rem op het maximale potentieel. Philips is maar één radartje binnen een gigantisch netwerk aan data, apparatuur en infrastructuur. Daar komt ook de lange levensduur van dure onderzoektoestellen bovenop, die een rem kan zetten op een digitale transformatie.
Ger Janssen, Program Manager Patient Digital Twin bij Philips weet direct waar we het over hebben. Hij werkt binnen Philips aan digitale kopieën van mensen, een digitale tweeling van onszelf. Alvorens je enthousiast wordt, tempert Janssen wel direct de verwachtingen. “Wat onze plannen zijn rond een digitale tweeling, is nog maar een concept. We testen vandaag virtuele scenario’s, vergelijken de resultaten en stellen de beste behandeling voor.”
“We testen vandaag virtuele scenario’s, vergelijken de resultaten en stellen de beste behandeling voor.”
Een digitale kopie bouw je op over lange tijd. Het doel is om uiteindelijk over te kunnen gaan tot preventie in plaats van reactie. Vandaag kan je zo’n tweeling al vormen met je genetisch profiel, beeldstudies, familiegeschiedenis, labotesten, klinische en gedragshistorie. Enig nadeel: niet alles staat in één systeem en er bestaat (nog) geen universele standaard om mee aan de slag te gaan.
Dat laatste is essentieel volgens Janssen: “De FDA en andere gezondheidsorganisaties moeten een standaard uit de grond stampen waarop iedereen kan bouwen. Klinkt eenvoudig, maar dat is het niet. Het zal nog jaren duren voordat we iets hebben. De FDA is er vandaag al mee bezig, maar het is nog niet hun focus.”
Vandaag beschikbaar
Janssen haalt een typisch voorbeeld aan van informatie voor een digitale tweeling, waar we vandaag nog niets mee doen: ultrasone onderzoeken. “Vandaag kunnen we al met onze eigen TrueVue-technologie heel gedetailleerde beelden tonen, waarmee je bijvoorbeeld in detail verschillende hartkamers kan analyseren. Je kan het daarna digitaal ronddraaien als specialist en problemen zoeken. Het is anatomische informatie, maar je haalt er fysieke parameters uit. Dat is al een basis voor een digitale tweeling.”
De technologie is vandaag al op de markt, maar er wordt nog niets met de data gedaan na analyse. Hetzelfde geldt voor heel wat andere onderzoeken. Nochtans is het essentieel om zoveel mogelijk informatie te verzamelen bij elk contact.
Onderzoeken genereren heel wat data, maar de sleutel tot accurate digitale tweelingen zit hem in sensoren die we dagelijks dragen. Denk daarbij aan een activity tracker, smartwatch, smartphone, slimme auto of eender welk ander slim apparaat waarmee we (dagelijks) in contact komen. Die hoeveelheid data moet worden verwerkt om optimaal te weten wat je dagelijks patroon is om voorspellend te kunnen werken.
API’s
Om een perfecte digitale tweeling te realiseren, is er data nodig. Heel veel data. Die staan op veel verschillende locaties en praten vandaag nog niet met elkaar. Frank Dendas, Country Manager België en Luxemburg bij Philips, laat weten dat vandaag al aan een centralisatie van de Belgische gezondheidszorg wordt gewerkt onder impuls van Maggie De Block, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid.
Via API’s kan er vandaag al bepaalde data worden uitgewisseld, maar het moet verder reiken dan dat volgens Dendas. “Data kan je niet altijd handig verzamelen, omdat iedereen zichzelf beschermt. Als iedereen samenwerkt, kunnen we wat realiseren. Zo werd er 25 jaar geleden al heel wat gerealiseerd op vlak van digitale beeldvorming met PAS (Picture Archive System).”
Hij roept op om te discussiëren over standaarden. “Philips helpt daar vandaag al mee. We zijn een open platform, zowel nationaal als internationaal.” Initieel verwacht hij dat Philips samen met andere partijen gaat werken aan digitale tweelingen van organen. Ons volledig simuleren vergt nog tientallen jaren aan rekenkracht, standaarden en data.
Privacy
Om een digitale tweeling van een orgaan of een volledige persoon te maken, heb je heel veel data nodig. Die data is bijzonder gevoelig, omdat het medische informatie betreft. Philips hanteert het allerhoogste niveau van compliance.
Dendas benadrukt dat ook heel sterk in elke situatie. “Enkel de experts hebben toegang tot de data. Die experts worden door de patiënt goedgekeurd. De data is altijd van jou. Wanneer je die niet wil delen, dan doen wij er niets mee. We begrijpen dat heel wat mensen daarover bezorgd zijn.”
“Enkel de experts hebben toegang tot de data. Die experts worden door de patiënt goedgekeurd.”
Volgens Philips wordt alle data verwerkt op een anonieme manier. Het lerende aspect om AI-modellen te trainen, bevat geen persoonlijke identificatie. Wat het wel nodig heeft, zijn parameters zoals leeftijd of woonomgeving. “Data wordt enkel gebruikt om te verbeteren,” benadrukt Dendas. “We spreken altijd over Adaptive Intelligence in plaats van Artificial Intelligence. We staan aan de start van healthcare waar we meer in controle willen zijn van onze data.”
Elke nieuwe hardware van Philips start met de veiligheid. Het eerste ontwerp wordt al getoetst op cyberveiligheid.
Langdurige ontwikkeling
Tegelijk wil Philips wel dat mensen niet te negatief reageren en geen data willen delen. Zeker om een digitale tweeling te realiseren, is heel wat data nodig. Het wil graag met slimme sensoren, armbanden en andere randapparatuur patiënten van thuis uit monitoren. Het potentieel hiervan is eindeloos volgens Dendas.
“Met al die data kunnen we perfect zien welke populatie of welke regio in een dorp of stad meer ziek wordt op bepaalde dagen. Je kan voorspellingen maken van de drukte nog voor ze in het ziekenhuis toekomen. Wanneer je al die patronen van de mensen leert en je combineert die, dan kan je met big data heel wat voorspellen.”
“Ik denk dat we nog 30 jaar moeten wachten op de ultieme digitale tweeling.”
Vandaag zijn er al tal van fitness trackers en zitten er tal van slimme sensoren in onze smartphones, die kunnen bijdragen aan een dataplatform voor een digitale tweeling. Dendas wil die gadgets zeker niet uitsluiten. “Fitbit is voor ons niet secuur genoeg, maar als je dat graag wil gebruiken voor een analyse van jezelf mag dat. Wij werken altijd met FDA-gevalideerde en CE-gevalideerde toestellen, maar aan het einde kies jij zelf wat je wil.”
Wanneer is de ultieme digitale tweeling klaar? Janssen twijfelt even over zijn antwoord. “Ik denk dat we daar nog 30 jaar op moeten wachten. Er moet nog altijd heel veel gebeuren. Alle organen moeten worden gecombineerd tot één geheel en er is ook gedragsanalyse nodig. Ik hoop eerder op 20 jaar, maar dat lijkt me heel optimistisch.”
Gerelateerd: Wat als we onze medische parameters konden delen?